Uitbreiding zorgtrajecten*

ASGB-BERICHT

Bijlage:NCGZ 2012-1 basisnota ZT.doc

Geachte Collega,

In het BS van 18/7/12 verscheen een KB met aanpassingen aan de regels i.v.m. de zorgtrajecten.

De bezoeken van de huisarts en de dialysesessies worden nu ook (retrograad) erkend als contacten om de verlenging van het contract te verzekeren.

Op verzoek van diverse leden huisartsen en specialisten heeft het ASGB deze wijziging voorgesteld in het begeleidingscomité en de NCGZ heeft dit advies gevolgd. Het was immers de filosofie van de zorgtrajecten om de voordelen te behouden gedurende 4 jaar, ook indien de patiënt ondertussen onder de exclusiecriteria valt.

met collegiale groeten, het ASGB-bestuur 

 


Publicatie: 2012-07-18

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

5 JULI 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 januari 2009 tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft de zorgtrajecten

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 36, gewijzigd bij de wet van 14 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 2009 tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft de zorgtrajecten;

Gelet op het advies van de Nationale Commissie geneesheren-ziekenfondsen, gegeven op 11 januari 2012; 

Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 8 februari 2012;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 13 februari 2012;

Gelet op het voorafgaand onderzoek met betrekking tot de noodzaak om een effectbeoordeling uit te voeren, waarin besloten wordt dat een effectbeoordeling niet vereist is;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 maart 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 6 april 2012;

Gelet op het advies nr. 51.417/2 van de Raad van State, gegeven op 13 juni 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Artikel 10 van het koninklijk besluit van 21 januari 2009 tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft de zorgtrajecten, wordt vervangen door de volgende bepaling :

« Art. 10. Na het eerste jaar van het zorgtraject is de betaling van de forfaitaire honoraria aan de huisarts en de geneesheer-specialist zoals bedoeld in artikel 11, en is de verlenging van de periode waarover de rechthebbende geen persoonlijk aandeel verschuldigd is op de honoraria bedoeld in artikel 9, afhankelijk van de volgende voorwaarden :

1° na verloop van het eerste jaar te rekenen vanaf het begin van het zorgtraject zoals bedoeld in artikel 6, en op voorwaarde dat voor dezelfde rechthebbende en dezelfde pathologie in de loop van het eerste jaar geen ander zorgtrajectcontract werd gesloten, betaalt de verzekeringsinstelling het forfaitair honorarium bedoeld in artikel 11 voor het tweede jaar van het zorgtraject aan de huisarts en de geneesheer-specialist binnen de dertig dagen na de eerste verjaardag van het begin van het zorgtraject en verlengt ze de periode waarover de rechthebbende geen persoonlijk aandeel verschuldigd is op de honoraria bedoeld in artikel 9, tot het einde van het tweede kalenderjaar na het kalenderjaar waarin zich het begin van het zorgtraject situeert.

2° na verloop van het tweede jaar te rekenen vanaf het begin van het zorgtraject zoals bedoeld in artikel 6, en op voorwaarde dat in de loop van het eerste jaar twee raadplegingen of bezoeken werden aangerekend aan de rechthebbende door de huisartsen zoals bedoeld in artikel 9, 1° of 2°, betaalt de verzekeringsinstelling het forfaitair honorarium zoals bedoeld in artikel 11 voor het derde jaar van het zorgtraject aan de huisarts en de geneesheer-specialist binnen de dertig dagen na de tweede verjaardag van het begin van het zorgtraject en verlengt ze de periode waarover de rechthebbende geen persoonlijk aandeel verschuldigd is op de honoraria bedoeld in artikel 9, tot het einde van het derde kalenderjaar na het kalenderjaar waarin zich het begin van het zorgtraject situeert.

Voor de rechthebbenden waarop bij het begin van het zorgtraject de clausule bedoeld in artikel 5, § 1, vijfde lid, van toepassing is, moet de ondertekenende huisarts bovendien in de loop van het eerste jaar van het zorgtraject het honorarium voor het openen van het globaal medisch dossier hebben aangerekend.

3° na verloop van het derde jaar te rekenen vanaf het begin van het zorgtraject zoals bedoeld in artikel 6, en op voorwaarde dat in de loop van het tweede jaar één raadpleging door de ondertekenende geneesheer-specialist en twee raadplegingen of bezoeken door de huisartsen zoals bedoeld in artikel 9, 1° of 2°, werden aangerekend aan de rechthebbende, betaalt de verzekeringsinstelling het forfaitair honorarium zoals bedoeld in artikel 11 voor het vierde jaar van het zorgtraject aan de huisarts en de geneesheer-specialist binnen de dertig dagen na de derde verjaardag van het begin van het zorgtraject en verlengt ze de periode waarover de rechthebbende geen persoonlijk aandeel verschuldigd is op de honoraria bedoeld in artikel 9, tot het einde van het vierde kalenderjaar na het kalenderjaar waarin zich het begin van het zorgtraject situeert.

Voor de rechthebbenden bedoeld in artikel 3, 2°, wordt als aanrekening van een raadpleging van de ondertekende geneesheer-specialist eveneens in aanmerking genomen de aanrekening van een forfait voor hemodialyse met de code 761272-761283 of 761515-761526 zoals bepaald volgens het koninklijk besluit van 23 juni 2003 tot uitvoering van artikel 71bis, §§ 1 en 2 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. »

Art. 2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2009.

Art. 3. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 juli 2012.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen,

Mevr. L. ONKELINX

2024.057

Nieuwe interpretatieregels RIZIV over immunisatieperiode

 

Op 17 april 2024 zijn drie interpretatieregels gepubliceerd over de zgn. immunisatieperiode.

De bedoeling is dat die steeds 5 dagen zou bedragen.

Daarom worden twee interpretatieregels geschrapt vanaf 1 mei 2024: 

  • * één i.v.m. het dermatologisch verband voor uitgebreide letsels
  • * één i.v.m. tandextracties en/of conserverende tandverzorging onder algemene anesthesie

 

Daarnaast wordt er een nieuwe interpretatieregel (nr. 7) toegevoegd voor art. 25 – toezichtshonorarium. 

2024.056

Huisbezoek WZC anders en beter vergoed vanaf 1 juni 2024

 

Op 11 juni 2024 werden drie KB’s gepubliceerd die in aangepaste nomenclatuur voorzien voor bezoeken door een huisarts in een WZC

Zij zijn de vrucht van heel wat werk in de NCAZ en de TGR en treden in voege op 1 juni 2024.

Er wordt een nieuw nomenclatuurnummer in het leven geroepen, specifiek voor een bezoek aan een WZC: 106610. 

Het ereloon ervoor zal € 45,81 bedragen (een verhoging met 25%).

2024.055

Update van art. 11 nomenclatuur (algemene speciale verstrekkingen)

 

Op 11 april 2024 is een KB gepubliceerd i.v.m de nomenclatuur van artikel 11 (algemene speciale verstrekkingen).

Het gaat in hoofdzaak om teksttoilet.

Hierna vindt u de integrale tekst van het nieuwe KB dat in voege treedt op 1 juni 2024. In de pdf als bijlage vindt u de voorbereidende nota van de TGR.