Herziening art.13

ASGB-BERICHT 2016.079

herziening art 13

nomenclatuurart13.20160401_01

Geachte collega

Over de herziening van artikel 13 is al veel inkt (en maagzuur) gevloeid.
De werkgroep interpretatie van de TGR kreeg hierover een lawine aan vragen te verwerken. Tijdens de vergadering van 26/5/2016 werden hierop een aantal antwoorden geformuleerd waarvan er o.i. een aantal een hoog natte vinger gehalte hebben. Het lijkt ons geen goede politiek om deze antwoorden louter te laten afhangen van de interpretatie door de aanwezige leden. Dit geeft ook voldoende aan hoe weinig doordacht de herziening zelf was. Het is ten slotte storend dat de antwoorden alleen aan de vraagstellers en niet aan het ganse medische corps bezorgd worden. Een bloemlezing -in de 2 landstalen en met de diverse interpretatiemogelijkheden- vindt u hieronder.

Een van de uitgangspunten voor de herziening van art. 13 was om de intensieve geneeskunde niet langer als loutere reanimatie of post hoc reactie op een medische catastrofe te beschouwen, maar als een proactieve discipline er op gericht om verwikkelingen te voorkomen. De indicatie voor opneming in een dienst intensieve zorg hangt niet zozeer af van het nomenclatuurnummer van de anesthesie maar van de comorbiditeit en van de fysiologische toestand van de patiënt. Voor de heelkundige patiënten wordt gans deze redenering nu van tafel geveegd. Voor hen was de initiële lineaire besparing op de honoraria dan uiteindelijk nog een betere oplossing.

Hierbij een samenvatting:
-prestaties (alle, en dus ook 211945, behalve de hemodialyse) uit art. 13 (A: 212026-212041, 214023-214045, of B) kunnen alleen worden aangerekend op de dagen dat er een intensivist aanwezig is in de erkende functie intensieve zorg; de andere dagen kunnen de toezichthonoraria uit art. 25 worden aangerekend volgens de geldende toepassingsregels
-indien er overdag geen intensivist aanwezig was dan kan ook de toeslag voor permanentie ’s nachts niet worden aangerekend
-211223 moet worden gebruikt op de eerste dag dat het toezicht aanrekenbaar is; bv. op de eerste dag dat er een intensivist aanwezig is of de eerste dag dat er geen cumulverbod met anesthesie geldt; dit is dus niet per definitie de eerste dag van opneming. Indien er op de dag van opneming in de functie intensieve zorg geen intensivist aanwezig is dan mag het toezichthonorarium 211223 niet worden aangerekend (en ook niet het urgentiesupplement van die dag)
-bij een heropneming binnen hetzelfde opnemingstijdvak worden opnieuw de nummers van dag 1 aangerekend
-211945, het toezicht op de dag van ontslag of overlijden (met waarde = 0) wordt alleen aangerekend als de dag van ontslag niet dezelfde is als de dag van opneming; indien slechts 1 dag toezicht mogelijk was dan wordt op de dag van ontslag 211223 en niet 211945 aangerekend
-indien een patiënt na ontslag uit de functie dezelfde dag wordt heropgenomen dan geldt dit als een voortzetting van het eerste verblijf en wordt 211245, toezicht dag 2 en volgende, gebruikt
-indien een verblijf niet wordt afgesloten met 211945 dan gaat men er van uit dat er die dag geen intensivist aanwezig was. Die dag kunnen dan ook geen prestaties uit art. 13 worden aangerekend
-de dienst DGEC gaat strikter toezicht uitoefenen op de reële aanwezigheid van de intensivist. De hoofdgeneesheer wordt mee verantwoordelijk gesteld.

Het ASGB is vragende partij om dit artikel opnieuw aan een herziening te onderwerpen.

met collegiale groeten, het ASGB-bestuur

________________________________________

211223: Honorarium voor de installatie van en het continu toezicht op een patiënt verpleegd in de lokalen van een erkende functie intensieve zorg : De eerste dag
211245: Honorarium voor de installatie van en het continu toezicht op een patiënt verpleegd in de lokalen van een erkende functie intensieve zorg : De tweede dag en de volgende dagen, per dag
211945: Toezicht op de dag van ontslag uit de erkende functie intensieve zorg
211282: Installatie van en toezicht op gecontroleerde of geassisteerde continue beademing inbegrepen de capnometrie, onder tracheale intubatie of tracheotomie : De eerste dag
21260: Bijkomend honorarium bij de verstrekking 211245, enkel aanrekenbaar door de geneesheer-specialist houder van de bijzondere beroepstitel in de intensieve zorg die daadwerkelijk, persoonlijk, de intramurale medische permanentie voor de erkende functie intensieve zorg waarneemt tussen 21u. 's avonds en 8u. ’s morgens

Reacties

Inderdaad niet erg duidelijk.
Hoe zien jullie de schijnbare tegenstelling tussen punt 5 en punt 7?
Wanneer de dag van opname dezelfde is als de dag van ontslag, dan moet je 211223 aanrekenen en NIET 211945. Maar als 211945 niet wordt aangerekend, dan gaat het RIZIV ervan uit dat er geen intensivist aanwezig was en mag je dus 211223 NIET aanrekenen??

Hangman-paradox?

Jan

Jan Raemaekers

Dit is een gedrocht van een wet. De collega's die dit mee onderhandeld hebben hebben werkelijk slecht werk geleverd! Alle inspanningen om van Intensieve Zorgen een autonome discipline te maken zijn hiermee de grond in geboord. Bovendien wordt het gelijkheidsbeginsel hiermee geschonden: een patiënt die een heelkundige ingreep onderging is minder waard dan een patiënt die om andere redenen op Intensieve Zorgen wordt opgenomen. Ik ben geschoffeerd en geshockeerd!
De diensten Tarificatie van de ziekenhuizen zitten met de handen in hun haar: de combinatie van 211223 met anesthesie moet te vaak angstvallig in de gaten gehouden worden, alle werk moet dubbel gecontroleerd worden. In Lean Management heet dit Muda (afval, verspilling)!

walter swinnen
2024.042

OPROEP : kandidaat voor werkgroep long Covid

 

De huidige overeenkomst Long-COVID-19 voor een aangepaste zorgaanpak neemt een einde op 30 juni 2024. 

Voor de nieuwe conventie zal men een transversale werkgroep organiseren op 23 april. 

Wij doen een oproep onder onze leden om zich kandidaat te stellen voor deze WG.

Bij interesse kan u een e-mail sturen naar het secretariaat (info@asgb.be).

 

 

2024.041

Update van nomenclatuur pneumologie (interventionele bronchoscopie)

 

Op 25 maart 2024 is een KB gepubliceerd dat de nomenclatuur voor de pneumologie aanpast.

Het gaat meer bepaald om een hele reeks aanpassingen inzake de interventionele bronchoscopie.

U vindt de aanpassingen integraal terug in de pdf als bijlage.

Zij treden in voege op 1 mei 2024.

2024.040

Praktijkondersteuning huisartsen geconcretiseerd

 

Het vorige akkoord voorzag al in een budget van 16,7 miljoen euro voor de ondersteuning van de praktijken van huisartsen in 2023.

Dat werd nu eindelijk ook geconcretiseerd en afgerond door een werkgroep van de NCAZ én op 25 maart jl. goedgekeurd door het Verzekeringscomité van het RIZIV.

Vooreerst, die 16,7 miljoen komt uit het budget voor de honoraria van de artsen. Dat willen we toch even benadrukken te midden van (ministeriële) persberichten over lenteplannen.