Medische verkiezingen

ASGB-BERICHT ASGB-BERICHT2018.020

Geachte collega

In het BS van 5/3/2018 verschenen 2 KB’s en een MB i.v.m. de aanstaande medische verkiezingen.

-een KB bepaalt de regels voor de verkiezing

-het MB regelt de praktische organisatie

-een KB legt de datum vast waarop de kiezerslijst door het Riziv wordt vastgelegd.

De kiezerslijst zal beschikbaar zijn van woensdag 7 tot en met 21 februari 2018;  de beroepsorganisaties hebben tot en met 26 maart 2018 om hun aanvraag over te maken.

Het ASGB/Kartel voldoet in elk geval aan alle voorwaarden om deel te nemen.

Wij hopen iedereen warm te maken om ook effectief zijn stem uit te brengen.

met collegiale groeten, het ASGB-bestuur


Publicatie: 2018-03-05

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

28 FEBRUARI 2018. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de datum waarop de kiezerslijst voor de medische verkiezingen in 2018 wordt vastgesteld door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering

FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 211, § 1, zoals gewijzigd bij de wetten van 29 april 1996 en 22 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 februari 2018 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 18 december 2017;
Gelet op het advies van Inspecteur van financiën, gegeven op 10 januari 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van Minister van Begroting van 9 februari 2018;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid ;
Overwegende dat artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, bepaalt dat het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering om de vier jaar de verkiezingen van vertegenwoordigers van de artsen organiseert;
Dat met het oog op een correcte toepassing van voornoemd artikel 211, § 1, de kiesverrichtingen in verband met deze verkiezingen vlot moeten kunnen verlopen met het respect voor de rechten van alle belanghebbende artsen, zodat het einde ervan zich voor de zomervakantie van 2018 moet situeren en de aanvang ervan derhalve zo vlug mogelijk moet beginnen; zodat dit besluit, dat de datum van het begin van de procedure bepaalt, zo vlug mogelijk moet genomen en bekendgemaakt worden;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. De datum waarop de kiezerslijst voor de verkiezingen van vertegenwoordigers van de artsen in 2018 wordt vastgesteld door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, wordt bepaald op 5 maart 2018.
Art. 2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad.
Art. 3. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 februari 2018.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
M. DE BLOCK


 

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

28 FEBRUARI 2018. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 211, § 1, zoals gewijzigd bij de wetten van 29 april 1996 en 22 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 februari 2010 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 18 december 2017;
Gelet op het advies van Inspecteur van financiën, gegeven op 10 januari 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 9 februari 2018;
Gelet op het artikel 8 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is dit besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse gezien de hoogdringendheid gemotiveerd door de omstandigheid dat rekening houdende met de timing die in acht moet worden genomen voor het houden van verkiezingen en waarin is bepaald dat de verkiezingen voor de artsen in de loop van 2018 moeten worden georganiseerd; dat een regelmatig en optimaal verloop van die verkiezingen immers alleen kan worden bereikt indien wordt toegestaan dat de begindatum van de kiesprocedure, dit is de datum waarop de kieslijsten worden opgesteld, kan worden vastgesteld op een ogenblik in de timing waarop kan worden gegarandeerd dat de periodes tijdens welke het noodzakelijke democratische debat tussen de representatieve organisaties die zich kandidaat stellen voor de verkiezingen en de oproeping om te stemmen op optimale wijze werden bepaald;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, bepaalt dat het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering om de vier jaar de verkiezingen van vertegenwoordigers van de artsen organiseert;
Dat met het oog op een correcte toepassing van voornoemd artikel 211, § 1, de kiesverrichtingen in verband met deze verkiezingen vlot moeten kunnen verlopen met het respect voor de rechten van alle belanghebbende artsen, zodat het einde ervan zich voor de zomervakantie van 2018 moet situeren en de aanvang ervan derhalve zo vlug mogelijk moet beginnen; zodat dit besluit zo vlug mogelijk moet genomen en bekendgemaakt worden;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. § 1. A. Om als representatief te worden erkend zoals bedoeld in artikel 211, § 1, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 moeten de beroepsorganisaties van de artsen voldoen aan de volgende voorwaarden:
1° statutair de verdediging van de beroepsbelangen van tegelijk de huisartsen en de artsen-specialisten tot hoofddoel hebben;
2° zich statutair richten tot de artsen van ten minste twee gewesten, bedoeld in artikel 3 van de Grondwet;
3° statutair van de aangesloten artsen jaarbijdragen innen die minimaal het tweevoud bedragen van wat wordt toegekend aan de ambtenaren van de federale overheid ingevolge de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenningen en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector onverminderd de statutaire bepalingen die gelden voor artsen die minder dan vijf jaar gerepertorieerd zijn bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, hieronder "RIZIV" genoemd;
4° aantonen dat wordt beantwoord aan de bovenvermelde bepalingen, minstens voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de datum van de kiezerslijst wordt vastgesteld;
5° voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar met de in 4° voorziene datum, minstens 1.500 individueel aangesloten leden-artsen tellen, gerepertorieerd bij het RIZIV, die in orde zijn met de betaling van de in 3° bepaalde bijdrage.
Van de leden-artsen bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 5° :
a) behoort ten minste tien pct. tot een of twee van de in het derde lid, bedoelde groepen, met uitzondering van die met het grootste aantal effectieven;
b) behoort ten minste vijf pct. tot één van de groepen bedoeld in het vierde lid, met uitzondering van die met het grootste aantal effectieven.
Voor de in paragraaf 1, tweede lid, a), bepaalde gevallen worden de leden-artsen in een Waalse regionale groep, een Vlaamse regionale groep en een Brusselse regionale groep ingedeeld overeenkomstig het hierna bepaalde :
1) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Waals Gewest, maken deel uit van de Waalse regionale groep;
2) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Vlaamse Gewest, maken deel uit van de Vlaamse regionale groep;
3) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Brussels Gewest, maken deel uit van de Brusselse regionale groep.
Voor de bepaalde gevallen in paragraaf 1, tweede lid, b), worden de leden-artsen in een groep van artsen-specialisten en een groep van huisartsen ingedeeld overeenkomstig het hierna bepaalde :
1) de leden-artsen bij het RIZIV gerepertorieerd als artsen-specialisten of artsen-specialisten in opleiding maken deel uit van de groep van artsen-specialisten;
2) de leden-artsen bij het RIZIV gerepertorieerd maar anders dan als artsen-specialisten en artsen-specialisten in opleiding maken deel uit van de groep van huisartsen.
B. Aan de voorwaarden bedoeld in A, 3°, en 5°, moet worden voldaan hetzij door de beroepsorganisatie hetzij door het geheel van de verenigingen waaruit de beroepsorganisatie is samengesteld.
§ 2. Een groepering van beroepsorganisaties van artsen, hieronder "groepering" genoemd, die een onderlinge overeenkomst sluiten met het oog op een gemeenschappelijke vertegenwoordiging in de organen van het RIZIV kan als representatief worden erkend indien voldaan is aan de volgende voorwaarden :
A. 1° één van de beroepsorganisaties voldoet aan de voorwaarden bedoeld in paragraaf 1, A, eerste lid, 1°, 2°, 3° en 4° en de andere beroepsorganisatie(s) voldoet/voldoen aan de voorwaarde bedoeld in paragraaf 1, A, eerste lid, 3°, en toont/tonen aan dat ze de beroepsbelangen van artsen verdedigt/verdedigen, minstens voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar met de in paragraaf 1, A, eerste lid, 4°, voorziene datum;
2° de onderlinge overeenkomst vermeldt de onderlinge verdeling van de mandaten behaald bij de verkiezingen;
B. voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar met de in 4° voorziene datum, minstens 1.500 individueel aangesloten leden-artsen tellen, gerepertorieerd bij het RIZIV, die in orde zijn met de betaling van de in paragraaf 1, A, eerste lid, 3°, bepaalde bijdrage;
Van de leden-artsen bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, B :
1° behoort ten minste tien pct. tot een of twee van de in het derde lid, bedoelde groepen, met uitzondering van die met het grootste aantal effectieven;
2° behoort ten minste vijf pct. tot één van de groepen bedoeld in het vierde lid, met uitzondering van die met het grootste aantal effectieven.
Voor de in paragraaf 2, tweede lid, 1°, bepaalde gevallen worden de leden-artsen in een Waalse regionale groep, een Vlaamse regionale groep en een Brusselse regionale groep ingedeeld overeenkomstig het hierna bepaalde :
1) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Waals Gewest, maken deel uit van de Waalse regionale groep;
2) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Vlaamse Gewest, maken deel uit van de Vlaamse regionale groep;
3) de leden-artsen wier adres vermeld op de kiezerslijst bedoeld in artikel 2, § 2, integraal behoort tot het Brussels Gewest, maken deel uit van de Brusselse regionale groep.
Voor de in paragraaf 2, tweede lid, 2°, bepaalde gevallen worden de leden-artsen in een groep van artsen-specialisten en een groep van huisartsen ingedeeld overeenkomstig het hierna bepaalde :
1) de leden-artsen bij het RIZIV gerepertorieerd als artsen-specialisten of artsen-specialisten in opleiding maken deel uit van de groep van artsen-specialisten;
2) de leden-artsen bij het RIZIV gerepertorieerd maar anders dan als artsen-specialisten en artsen-specialisten in opleiding maken deel uit van de groep van huisartsen.
§ 3. Voor de toepassing van paragraaf 1, A, eerste lid, 5°, en tweede lid en paragraaf 2, eerste lid, B, en tweede lid, kan per beroepsorganisatie en/of per groepering slechts één lidmaatschap per arts in aanmerking genomen worden.
§ 4. De beroepsorganisaties of de groeperingen die als representatief willen erkend worden, zenden daartoe een aanvraag aan de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV samen met de gegevens betreffende de voorwaarden vermeld in paragraaf 1 of paragraaf 2 en samen met de naam waaronder ze aan de verkiezingen willen deelnemen, en, wat betreft de groepering bedoeld in paragraaf 2, een voor eensluidend verklaarde kopie van de onderlinge overeenkomst.
De leidend ambtenaar neemt in overleg met de betrokken organisaties of groeperingen alle noodzakelijke maatregelen indien meerdere beroepsorganisaties of groeperingen onder dezelfde naam of onder verwarringstichtende namen aan de verkiezingen willen deelnemen.
De gegevens die door de beroepsorganisaties of de groeperingen worden aangereikt worden gecontroleerd op hun administratieve zetel, meer bepaald via steekproeven, door een gerechtsdeurwaarder aangewezen door de leidend ambtenaar van de Dienst voor Geneeskundige Verzorging, vergezeld van twee attachés-sociaal inspecteurs van verschillende taalrol aangewezen door de leidend ambtenaar van de Dienst voor Administratieve Controle van het RIZIV. De beroepsorganisaties of groeperingen kunnen een gerechtsdeurwaarder aanduiden om de controles die op hun betrekking hebben, bij te wonen.
De controle van de gegevens met betrekking tot de leden van de beroepsorganisaties of groeperingen wordt gedaan op basis van de ledenlijst(en) die elektronisch en volgens een door de attachés-sociaal inspecteurs vastgesteld uniek model, door de kandidaat-beroepsorganisaties of groeperingen opgeleverd worden. Dit model zal, uiterlijk op de datum waarop de kiezerslijst door Ons wordt opgesteld, op de website van het RIZIV worden geplaatst opdat men het kan downloaden.
Deze ledenlijst(en) zullen minstens het aantal en de verdeling bevatten van de aangesloten artsen, zoals vereist in paragraaf 1, A, eerste lid, 5°, en tweede lid, en paragraaf 2, eerste lid, B, en tweede lid, evenals de volgende elementen:
1° in alfabetische volgorde de naam, voornaam, het RIZIV-identificatienummer alsook het bij het RIZIV gekende repertoriumadres van de leden;
2° de naam van de organisatie waarbij ze zijn aangesloten;
3° de datum waarop de bijdrage werd betaald voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de datum waarop de kiezerslijst wordt opgesteld door Ons wordt vastgesteld;
4° de betaalde bedragen, opgesplitst per bijdragecategorie;
5° de verwijzing naar het betalingsbewijs of het bijbehorend boekhoudkundig bewijs;
6° het aantal artsen waarvan de gegevens worden vermeld;
7° de verdeling van de artsen in de groepen vereist in paragraaf 1, A, derde en vierde lid, en paragraaf 2, derde en vierde lid;
De processen-verbaal van deze controles worden overgemaakt aan de leidend ambtenaar van de Dienst voor Geneeskundige verzorging. Hij beslist voor elke beroepsorganisatie of groepering of zij al dan niet aan de voorwaarden voldoet en geeft aan elke beroepsorganisatie en groepering kennis van zijn beslissing. De beroepsorganisatie of groepering kan tegen een negatieve beslissing betreffende haar representativiteit beroep instellen bij de minister bevoegd voor Sociale Zaken binnen een termijn van vijftien dagen te rekenen vanaf de betekening ervan.
§ 5. Opdat de continuïteit van de werking van de in artikel 5 bedoelde organen wordt gewaarborgd, behouden de, op grond van een verkiezing als representatief erkende beroepsorganisaties en groeperingen hun erkenning totdat de nieuwe mandaten op grond van een volgende verkiezing worden toegekend.
§ 6. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt bepaald door de Minister bevoegd voor Sociale zaken.
Art. 2. § 1. Er zijn twee kiescolleges. Het ene bestaat uit alle bij het RIZIV als actief gerepertorieerde artsen-specialisten en artsen-specialisten in opleiding, het andere uit alle andere bij het RIZIV als actief gerepertorieerde artsen.
Wordt verstaan onder « actief » de artsen die niet aan het RIZIV hebben verklaard geen beroepsactiviteit meer uit te oefenen.
§ 2. Het RIZIV stelt de kiezerslijst op de door Ons vastgestelde datum op.
De beroepsorganisaties en/of de groeperingen die de in artikel 1, § 4, bedoelde aanvraag tot erkenning hebben ingediend en de kiezers, kunnen de kiezerslijst raadplegen op de website van het RIZIV.
Kiezers die niet beschikken over een internettoegang kunnen de kiezerslijst raadplegen op schermen in de hoofdzetel en in de provinciale diensten van het RIZIV.
§ 3. Vanaf de datum waarop de kiezerslijst kan worden geraadpleegd op de website van het RIZIV, kan elke tandarts die, ten onrechte, is ingeschreven, niet juist is ingeschreven of niet op de kiezerslijst is ingeschreven, een bezwaarschrift indienen bij de leidend ambtenaar van de dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV. Deze laatste moet zich uitspreken binnen 15 dagen na de indiening van het bezwaarschrift.
§ 4. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt vastgesteld door de minister bevoegd voor Sociale Zaken.
Art. 3. § 1. De stemming is facultatief en geheim. De stem wordt uitgebracht voor een erkende beroepsorganisatie of een groepering van de artsen. De stemming geschiedt elektronisch.
§ 2. De stemmen worden geteld op het RIZIV in aanwezigheid van getuigen die zijn aangewezen door de beroepsorganisaties en de groeperingen die hebben deelgenomen aan de verkiezingen. Daartoe wordt een boekingbureau samengesteld, hieronder het "bureau" genoemd, dat bestaat uit de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV geholpen door twee door hem aangewezen ambtenaren van klasse A4 of klasse A3.
§ 3. In het proces-verbaal dat na de boeking door het bureau wordt opgesteld, worden inzonderheid de eventuele opmerkingen van de getuigen vermeld alsmede het aantal stemmen voor elke organisatie en/of groeperingen, uitgesplitst per kiescollege, en het aantal blanco stemmen.
§ 4. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt vastgesteld door de minister bevoegd voor Sociale zaken.
Art. 4. De verdeling per kiescollege van de mandaten onder de beroepsorganisaties van de artsen die krachtens artikel 1 als representatief worden erkend, en voor wie de stemmen in aanmerking werden genomen krachtens artikel 3, § 3, geschiedt volgens het kiessysteem van evenredige vertegenwoordiging. Per mandaat dat in een bepaald orgaan moet worden toegewezen, is een aantal stemmen vereist dat gelijk is aan het resultaat van de deling van het totale aantal uitgebrachte stemmen door het aantal toe te wijzen mandaten; van de resterende mandaten wordt het eerste toegewezen aan de organisatie die na de voormelde bewerking de grootste rest aan stemmen heeft, het tweede aan de organisatie die de tweede grootste rest aan stemmen heeft, enz.. Bij gelijkheid van het aantal overblijvende stemmen wordt het mandaat toegewezen aan de representatieve organisatie die het kleinste aantal stemmen heeft behaald.
Art. 5. De mandaten van de leden die vóór de inwerkingtreding van dit besluit benoemd zijn in de organen waarop de bepalingen van dit besluit van toepassing zijn, nemen een einde op het ogenblik dat de mandaten ingaan van de leden, benoemd op voordracht van de erkende beroepsverenigingen en groeperingen op basis van de uitslag van de voornoemde verkiezingen.
Art. 6. De bepalingen van dit koninklijk besluit zijn van toepassing op de mandaten die de vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties van artsen en de groeperingen hebben in de organen die wettelijk deel van het RIZIV uitmaken.
Art. 7. De termijnen waarbinnen uitvoering wordt gegeven aan de bepalingen van dit besluit worden vastgesteld door de minister van Sociale zaken. Tussen de datum bedoeld in artikel 2, § 2, en het beëindigen van de boeking bedoeld in artikel 3, § 4, mag evenwel niet meer dan vijf maanden liggen.
Voor de berekening van de termijnen en van de periode van vijf maanden bedoeld in eerste lid, wordt geen rekening gehouden met de periode vanaf 1 juli tot en met 31 augustus en met de periode vanaf 24 december tot en met 2 januari.
Art. 8. Het koninklijk besluit van 11 februari 2010 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 wordt opgeheven.
Art. 9. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van artikel 1, § 1, tweede, derde en vierde lid, § 2, tweede, derde en vierde lid, en § 4, vijfde lid, 7°, die in werking treden 2 jaar na de datum waarop de kiezerslijst voor de medische verkiezingen in 2018 wordt vastgesteld door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Art. 10. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 februari 2018.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
M. DE BLOCK


FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

28 FEBRUARI 2018. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de praktische organisatie van de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 211, § 1, zoals gewijzigd bij de wetten van 29 april 1996 en 22 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 februari 2010 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
Gelet op het ministerieel besluit van 11 februari 2010 tot vaststelling van de praktische organisatie van de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 18 december 2017;
Gelet op het advies van Inspecteur van financiën, gegeven op 10 januari 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 9 februari 2018;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, bepaalt dat het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering om de vier jaar de verkiezingen van vertegenwoordigers van de artsen organiseert;
Dat met het oog op een correcte toepassing van voornoemd artikel 211, § 1, de kiesverrichtingen in verband met deze verkiezingen vlot moeten kunnen verlopen met het respect voor de rechten van alle belanghebbende artsen, zodat het einde ervan zich voor de zomervakantie van 2018 moet situeren en de aanvang ervan derhalve zo vlug mogelijk moet beginnen; zodat dit besluit zo vlug mogelijk moet genomen en bekendgemaakt worden,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Definities en algemene bepalingen
Artikel 1. § 1. In dit besluit wordt verstaan :
1° onder "de minister" : de minister bevoegd voor Sociale Zaken;
2° onder "de leidend ambtenaar" : de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering;
3° onder "het koninklijk besluit" : het koninklijk besluit van 28 februari 2018 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
4° onder « het bureau » : het bureau voor de boeking van de stemmen.
§ 2. De termijnen bedoeld in de artikelen 2, 4, § 1, 5, § 2, 9, § 1 en 11, § 2, van onderhavig besluit moeten worden nageleefd op straffe van verval. Ze nemen een aanvang de dag na die van de gebeurtenis of de akte die hen doen ingaan, en omvatten alle dagen, ook de zaterdag, de zondag en de wettelijke feestdagen met uitsluiting van de dagen inbegrepen in de periode van 1 juli tot en met 31 augustus en van 24 december tot en met 2 januari.
De vervaldag is in de termijn begrepen. Is die dag echter een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, dan wordt de vervaldag verplaatst naar de eerstvolgende werkdag.
§ 3. Voor het bepalen van de datum van de postzendingen zoals bedoeld in dit besluit wordt enkel rekening gehouden met de datum van de poststempel.
HOOFDSTUK II. - Erkenning van representatieve beroepsorganisaties van artsen
Art. 2. § 1. De beroepsorganisatie van artsen die als representatief wil worden erkend in de zin van artikel 1, § 1, van het koninklijk besluit zendt daartoe binnen een termijn van twintig dagen na de datum waarop de kiezerslijst wordt opgesteld, per aangetekende brief ondertekend door haar Voorzitter aan de Leidend ambtenaar de volgende gegevens :
1° de statutaire documenten samen met de documenten die hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad bewijzen of indien deze bekendmaking niet bestaat, het ad hoc document van de griffie van de rechtbank waarbij de statuten zijn neergelegd, waaruit blijkt dat zij voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 1, § 1, A, eerste lid, 1°, 2°, 3° en 4° van het koninklijk besluit;
2° de naam waaronder de organisatie aan de verkiezingen wenst deel te nemen;
3° de geïnformatiseerde lijst zoals bedoeld in artikel 1, § 4, van het koninklijk besluit die bewijst dat de groepering voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 1, § 1, A, eerste lid, 5°, van het koninklijk besluit.
4° een verklaring op eer ondertekend door de voorzitter van de beroepsorganisatie waarin deze verklaart dat de beroepsorganisatie voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 1, § 1, A, eerste lid, 5°, en tweede lid, van het koninklijk besluit;
§ 2. De groepering van meerdere beroepsorganisaties die als representatief wil worden erkend in de zin van artikel 1, § 2, van het koninklijk besluit zendt daartoe binnen de termijn bepaald in paragraaf 1 per aangetekende brief ondertekend door de voorzitters van de beroepsorganisaties aan de leidend ambtenaar de volgende gegevens :
1° voor de eerste beroepsorganisatie : de gegevens bedoeld in § 1, 1° van onderhavig artikel;
2° voor de andere organisatie(s) :
a) de statutaire documenten samen met de documenten die hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad bewijzen of indien deze bekendmaking niet bestaat, het ad hoc document van de griffie van de rechtbank waarbij de statuten zijn neergelegd, waaruit blijkt dat de organisatie of de verenigingen waaruit ze is samengesteld bijdragen int zoals bedoeld in artikel 1, § 1, A, eerste lid, 3°, van het koninklijk besluit;
b) alle gegevens waaruit blijkt dat ze, minstens voor het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de datum van de kiezerslijst wordt vastgelegd, de beroepsbelangen van artsen heeft of hebben verdedigd;
3° voor de groepering :
a) de naam, zoals bedoeld in artikel 1, § 4, van het koninklijk besluit, waaronder de groepering aan de verkiezingen wenst deel te nemen;
b) een door de voorzitter van de organisaties voor echt verklaarde kopie van de onderlinge overeenkomst; de overeenkomst bevat de naam bedoeld in a) hierboven en de door de partijen overeengekomen verdeling van de bij de verkiezingen behaalde mandaten in alle organen in het koninklijk besluit;
c) de geïnformatiseerde lijst zoals bedoeld in artikel 1, § 4, van het koninklijk besluit die bewijst dat de groepering voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 1, § 2, eerste lid, B, en tweede lid, van het koninklijk besluit;
d) een verklaring op eer ondertekend door de voorzitters van de beroepsorganisaties waarin deze verklaren dat de beroepsorganisaties of de verenigingen waaruit ze zijn samengesteld samen voldoen aan de voorwaarden vermeld in artikel 1, § 2, eerste lid, B, en tweede lid, van het koninklijk besluit
Art. 3. § 1. De leidend ambtenaar geeft bij aangetekende zending kennis van ontvangst aan elke beroepsorganisatie of groepering die haar aanvraag tot erkenning, zoals bedoeld in artikel 2 heeft ingediend.
§ 2. De leidend ambtenaar onderzoekt voor elke aanvraag tot erkenning de gegevens, bedoeld in artikel 2. Hij neemt in overleg met de betrokken beroepsorganisaties of groeperingen alle noodzakelijke maatregelen indien meerdere organisaties of groeperingen onder dezelfde naam of onder verwarringstichtende namen aan de verkiezingen willen deelnemen.
De leidend ambtenaar bezorgt de gegevens, bedoeld in artikel 2 aan de twee attachés-sociaal inspecteurs van verschillende taalrol en aangewezen door de leidend ambtenaar van de Dienst voor Administratieve Controle van het Rijksinstituut voor ziekte-en invaliditeitsverzekering.
Een gerechtsdeurwaarder aangewezen door de leidend ambtenaar en de twee attachés-sociale inspecteurs controleren op de administratieve zetel van de beroepsorganisaties en/of de groeperingen, de verklaringen, bedoeld in artikel 2, § 1, 4°, eventueel in het bijzijn van een gerechtsdeurwaarder aangewezen door de beroepsorganisaties, en de verklaringen, bedoeld in artikel 2, § 2, 3°, d); eventueel in het bijzijn van gerechtsdeurwaarders aangewezen door de beroepsorganisaties en/of de groeperingen.
De gegevens met betrekking tot de artsen die aangesloten zijn bij de beroepsorganisaties en de groeperingen, en die nodig zijn voor de controle, worden verstrekt via de lijst(en), vastgesteld in artikel 1, § 4, van het koninklijk besluit.
Het proces-verbaal van elke controle wordt in het Frans en in het Nederlands opgemaakt door de twee attachés-sociaal inspecteurs en wordt mede ondertekend door de gerechtsdeurwaarder aangewezen door de leidend ambtenaar en door de eventuele aanwezige gerechtsdeurwaarders, die er hun eventuele opmerkingen kunnen in vermelden.
Tegelijkertijd met de controle, bedoeld in het vorige lid, doen de gerechtsdeurwaarder, aangewezen door de leidend ambtenaar en de attachés-sociaal inspecteurs de nodige vaststellingen in verband met de toepassing van artikel 1, § 3, van het koninklijk besluit. Daartoe kijken ze de lijst(en) na die hun door de beroepsorganisaties en de groeperingen zijn bezorgd. Zij stippen daarop de namen aan van de artsen die meer dan één keer op deze lijsten staan. In het proces-verbaal van die controle vermelden ze het aantal van deze artsen die niet in aanmerking worden genomen voor de toepassing van artikel 1, § 1, A, eerste lid, 5°, en § 2, eerste lid, B, en tweede lid, van het koninklijk besluit.
De processen-verbaal van alle controles worden ten laatste twintig dagen na het einde van de termijn bedoeld in artikel 2, § 1, overgemaakt aan de leidend ambtenaar die ze samenvoegt met de gegevens bedoeld in het eerste lid, en op basis van de totaliteit van de gegevens zijn beslissing treft over elke aanvraag tot erkenning van de representativiteit.
§ 3. De leidend ambtenaar geeft ten laatste dertig dagen na het einde van de termijn bedoeld in artikel 2, § 1, per aangetekend schrijven aan elke beroepsorganisatie of groepering kennis van zijn beslissing over de aanvraag tot erkenning van de representativiteit.
Art. 4. § 1. Binnen een termijn van vijftien dagen na de datum van het aangetekend schrijven bedoeld in artikel 3, § 3 kan de beroepsorganisatie of de groepering tegen de beslissing over de representativiteit beroep aantekenen bij de minister. Het beroep wordt ingesteld bij aangetekende brief en bevat :
a) een kopie van alle stukken met betrekking tot de gegevens bedoeld in artikel 3, § 2, eerste lid;
b) een kopie van de kennisgeving van de beslissing;
c) de grieven tegen de beslissing.
Aan de leidend ambtenaar wordt per aangetekende brief een kopie toegestuurd van het beroepsschrift; deze maakt aan de minister de processen-verbaal bedoeld in artikel 3, § 2, over.
§ 2. De minister beslist over het beroep en geeft binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de dag waarop het beroep werd ingediend per aangetekende brief van zijn beslissing kennis aan de betrokken beroepsorganisatie of groepering en aan de leidend ambtenaar. Elk beroep dat niet voldoet aan de voorwaarden bepaald in paragraaf 1 zal als onontvankelijk beschouwd worden.
HOOFDSTUK III. - Getuigen
Art. 5. § 1. Onmiddellijk na het afsluiten van de beroepsprocedure vermeld in artikel 4 zendt de leidend ambtenaar aan elke als representatief erkende beroepsorganisatie en groepering een aangetekende brief waarin hen gevraagd wordt de identiteit mee te delen van de artsen die voor hen zullen optreden als getuigen bij de loting bedoeld in artikel 6 van onderhavig besluit en bij de boekingverrichtingen bedoeld in Hoofdstuk VII van dit besluit.
§ 2. Binnen een termijn van zeven dagen na de datum van het in paragraaf 1 bedoelde verzoek delen de beroepsorganisaties en de groeperingen per aangetekend schrijven aan de leidend ambtenaar de naam, de voornaam, het RIZIV-identificatienummer en het correspondentieadres mee van de getuigen die voor hen zullen optreden.
HOOFDSTUK IV. - Toekenning lijstnummers
Art. 6. § 1. De nummers waaronder de erkende beroepsorganisaties en groeperingen deelnemen aan de verkiezingen worden bepaald door loting. Deze nummers worden in numerieke volgorde vermeld op het stembiljet.
§ 2. In het verzoek bedoeld in artikel 5, § 1 deelt de leidend ambtenaar de door hem vastgestelde datum en plaats mee waarop de loting zal plaatshebben. Die datum is gelegen tussen de achtste en de tiende dag na het afsluiten van de beroepsprocedure vermeld in artikel 4. De beroepsorganisaties en de groeperingen delen de datum en plaats van de loting mee aan hun getuigen.
§ 3. De loting heeft plaats in aanwezigheid van de getuigen bedoeld in artikel 5, en het resultaat ervan wordt vermeld in het proces-verbaal van de loting dat door de leidend ambtenaar en de getuigen wordt getekend.
§ 4. Een kopie van het proces-verbaal van de loting wordt door de leidend ambtenaar per aangetekende brief gestuurd aan elke deelnemende beroepsorganisatie en groepering.
HOOFDSTUK V. - Kiezerslijst
Art. 7. § 1. Overeenkomstig artikel 2, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit, wordt de kiezerslijst opgesteld door het Rijksinstituut voor ziekte-en invaliditeitsverzekering, hieronder "RIZIV" genoemd; op de door de Koning vastgestelde datum.
§ 2. De kiezerslijst bevat eensdeels de naam, de voornaam, het identificatienummer, het bij het RIZIV gekende repertoriumadres en de taalrol van elke arts-specialist en elke arts-specialist in opleiding gerepertorieerd door het RIZIV en anderdeels de naam, de voornaam, het identificatienummer, het bij het RIZIV gekende repertoriumadres en de taalrol van elke andere arts gerepertorieerd door het RIZIV.
Art. 8. § 1. Ten laatste de zevende dag na de in artikel 7, § 1, bedoelde datum kan de lijst worden geraadpleegd op de website van het RIZIV en op het adres van de hoofdzetel van het RIZIV Tervurenlaan 211 te 1150 Brussel.
§ 2. De lijst op de website van het RIZIV kan ook worden geraadpleegd via de schermen in de hoofdzetels van de provinciale diensten van het RIZIV.
Bij de lijst gaat een informatie over de modaliteiten voor het indienen van het bezwaarschrift bedoeld in artikel 9.
§ 3. De lijst blijft gedurende vijftien dagen ter inzage.
Art. 9. § 1. De arts die bezwaar wenst aan te tekenen richt daartoe ten laatste twee dagen na het einde van de termijn bedoeld in artikel 8, § 3 aan de leidend ambtenaar een aangetekend schrijven met zijn grieven en desgevallend met zijn verzoek onder een andere taalrol op de kiezerslijst te worden ingeschreven.
§ 2. De leidend ambtenaar onderzoekt de bezwaarschriften en geeft binnen de vijftien dagen na ontvangst per aangetekende brief kennis van zijn beslissing. Elk bezwaarschrift dat niet voldoet aan de voorwaarden bepaald in paragraaf 1 zal als onontvankelijk beschouwd worden.
Art. 10. Ten laatste de vijftigste dag na de datum bedoeld in artikel 7, § 1 stelt de Leidend ambtenaar de definitieve kiezerslijst vast en deelt deze via elektronische drager mee aan de beroepsorganisaties en groeperingen die deelnemen aan de verkiezingen.
HOOFDSTUK VI. - Stemverrichtingen
Art. 11. § 1. Ten laatste vijftien dagen na de loting bedoeld in artikel 6, § 2, stuurt de leidend ambtenaar aan elke arts die voorkomt op de definitieve kiezerslijst bedoeld in artikel 10 een gewone zending in de taal van de taalrol zoals die op de definitieve kiezerslijst is vermeld. Deze brief bevat de instructies over de elektronische stemming. Deze instructies zijn ook beschikbaar op de website van het RIZIV.
§ 2. De arts brengt zijn stem uit binnen de twintig dagen na de datum van de brief van het RIZIV bedoeld in paragraaf 1.
§ 3. De elektronische stemmen die niet binnen de termijn bepaald in paragraaf 2 zijn uitgebracht, worden niet in aanmerking genomen bij de boeking bedoeld in Hoofdstuk VII.
Art. 12. De stem kan enkel geldig worden uitgebracht door de naam van één beroepsorganisatie of één groepering, volgens de instructies over de stemprocedure zoals bepaald in artikel 11, § 1, aan te vinken.
Art. 13. De eerste geregistreerde stem annuleert automatisch elke andere uitgebrachte stem.
HOOFDSTUK VII. - Boeking van de stemmen
Art. 14. De datum van de boeking van de stemmen wordt vastgesteld door de leidend ambtenaar. Die datum is gelegen ten laatste de vijftigste dag na de loting bedoeld in artikel 6, § 2.
Art. 15. Ten laatste vijftien dagen voor de datum van de boeking van de stemmen wordt het bureau samengesteld. De ambtenaren die er deel van uitmaken worden door de leidend ambtenaar in kennis gesteld van hun aanduiding en van de datum van de boeking.
Art. 16. Ten laatste vijftien dagen voor de datum van de boeking van de stemmen roept de leidend ambtenaar de getuigen bedoeld in artikel 5 op aanwezig te zijn bij de boeking van de stemmen.
De verrichtingen in het bureau mogen worden bijgewoond door één getuige van elke deelnemende beroepsorganisatie en elke deelnemende groepering.
Art. 17. De stemmen worden bijeengebracht in een beveiligde informaticatoepassing door middel van een algoritme waarvan de sleutel bewaard wordt door de gerechtsdeurwaarder aangeduid door de leiden ambtenaar.
Art. 18. De dag van de boeking van de stemmen worden, in aanwezigheid van de getuigen van de deelnemende beroepsorganisaties en groeperingen, de resultaten van de stemming geboekt door gebruik te maken van de in artikel 17 bedoelde sleutel en opgetekend in het proces-verbaal van het bureau waarvan het model door de leidend ambtenaar wordt bepaald.
Art. 19. Het proces-verbaal van het bureau vermeldt voor elk kiescollege :
1° de naam van elke deelnemende organisatie en groepering gevolgd door het aantal behaalde stemmen;
2° het aantal blanco stemmen;
3° desgevallend de opmerkingen van de getuigen gevolgd door hun handtekening;
4° de handtekening van de leden en van de aanwezige getuigen.
HOOFDSTUK VIII. - Bekendmaking
Art. 20. De leidend ambtenaar zendt de uitslag van de verkiezingen naar :
1° de minister;
2° de Algemene raad bedoeld in artikel 15 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
3° het Verzekeringscomité bedoeld in artikel 21 van voornoemde gecoördineerde wet;
4° het Comité van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle bedoeld in artikel 140 van voornoemde gecoördineerde wet;
De resultaten worden ook op de website van het RIZIV gepubliceerd.
HOOFDSTUK IX. - Slotbepaling
Art. 21. Het ministerieel besluit van 11 februari 2010 tot vaststelling van de praktische organisatie van de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt opgeheven.
Art. 22. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 28 februari 2018.
M. DE BLOCK

 

 

 

2024.057

Nieuwe interpretatieregels RIZIV over immunisatieperiode

 

Op 17 april 2024 zijn drie interpretatieregels gepubliceerd over de zgn. immunisatieperiode.

De bedoeling is dat die steeds 5 dagen zou bedragen.

Daarom worden twee interpretatieregels geschrapt vanaf 1 mei 2024: 

  • * één i.v.m. het dermatologisch verband voor uitgebreide letsels
  • * één i.v.m. tandextracties en/of conserverende tandverzorging onder algemene anesthesie

 

Daarnaast wordt er een nieuwe interpretatieregel (nr. 7) toegevoegd voor art. 25 – toezichtshonorarium. 

2024.056

Huisbezoek WZC anders en beter vergoed vanaf 1 juni 2024

 

Op 11 juni 2024 werden drie KB’s gepubliceerd die in aangepaste nomenclatuur voorzien voor bezoeken door een huisarts in een WZC

Zij zijn de vrucht van heel wat werk in de NCAZ en de TGR en treden in voege op 1 juni 2024.

Er wordt een nieuw nomenclatuurnummer in het leven geroepen, specifiek voor een bezoek aan een WZC: 106610. 

Het ereloon ervoor zal € 45,81 bedragen (een verhoging met 25%).

2024.055

Update van art. 11 nomenclatuur (algemene speciale verstrekkingen)

 

Op 11 april 2024 is een KB gepubliceerd i.v.m de nomenclatuur van artikel 11 (algemene speciale verstrekkingen).

Het gaat in hoofdzaak om teksttoilet.

Hierna vindt u de integrale tekst van het nieuwe KB dat in voege treedt op 1 juni 2024. In de pdf als bijlage vindt u de voorbereidende nota van de TGR.