Riziv premie gepensioneerden

ASGB-BERICHT 2019.046
Icoon thema honorarium

 

Geachte collega

We vroegen om de alsmaar aanslepende aanvraag voor de Rizivpremie voor gepensioneerde artsen opnieuw te bespreken op de vergadering van de NCAZ van 18/3.

Volgens het Riziv ligt het dossier nog steeds bij de minister van Begroting. Het moet ook nog naar de Raad van State. Het zal dus nog heel wat tijd vergen vooraleer dit zal afgehandeld zijn.

Het Riziv heeft ons beloofd om alle artsen te contacteren zodra de publicatie van het KB een feit is en dat de achterstallige premies van 2017 en 2018 (en allicht volgende) zeker zullen uitbetaald worden.

De collega’s die ons gemeld hadden dat ze premie toch al hadden ontvangen hadden hun wettelijk pensioen opgenomen voor 1/1/2016, toen was de nieuwe regeling (verplichte opname VAPZ en groepsverzekering) nog niet in voege.

Wordt vervolgd.

met collegiale groeten, het ASGB-bestuur


Wat als u uw wettelijk pensioen hebt opgenomen of binnenkort zal opnemen?

Door een wijziging in de pensioenwetgeving kunnen wij in bepaalde gevallen geen bijdrage meer storten in een vrij aanvullend pensioen zelfstandigen (VAPZ). Dat hangt af van uw specifieke situatie:

·Als u in het toepassingsjaar uw activiteit verderzet en uw wettelijk pensioen nog niet opneemt, terwijl u wel voldoet aan de voorwaarden tot opname van het wettelijk pensioen, dan komt u nog in aanmerking voor de jaarlijkse bijdrage. 

·Als u in het toepassingsjaar uw activiteit verderzet en op 1 januari 2016 al genoot van het wettelijk pensioen, dan komt u ook nog in aanmerking voor de jaarlijkse bijdrage op voorwaarde dat:

o    de pensioenovereenkomst werd gesloten voor 1 januari 2016

en

o    de aanvullende pensioenprestatie niet vereffend wordt in 2018.

·Als u in het toepassingsjaar uw activiteit verderzet en uw wettelijk pensioen na 1 januari 2016 opgenomen hebt of nog zal opnemen in de loop van het toepassingsjaar, dan kunnen wij momenteel geen jaarlijkse bijdrage storten.  Er is overleg over welk sociaal voordeel hiervoor in de plaats komt. Als u zich in die situatie bevindt, dan vragen wij u om voorlopig geen aanvraag in te dienen. We zullen via deze webpagina een aangepaste procedure communiceren, zodra hierover een nieuwe regelgeving is uitgewerkt. 

2024.062

Hogere vergoeding (vanaf 1 juni 2024) voor bezoek in WZC door bepaalde arts-specialisten

 

Na de huisartsen (zie https://asgb.be/node/28817) zullen ook bepaalde artsen-specialisten die een bezoek in een WZC doen, recht krijgen op een hogere vergoeding vanaf 1 juni 2024.

Daartoe zijn er drie KB’s gepubliceerd op 29 april 2024, waarvan één i.v.m. het remgeld (dat gelijk blijft t.o.v. vroeger). Het gaat hier om de uitvoering van een maatregel uit het vorige akkoord.

2024.061

Welke handelingen mag een verpleegkundig specialist doen (vanaf 2025)?

 

Op 25 april 2024 werd het KB gepubliceerd dat de erkenningscriteria voor het beroep van verpleegkundig specialist vastlegt (vanaf 1 januari 2025).

Een dag later, 26 april 2024, stond vervolgens al het KB in het Staatsblad dat bepaalt welke handelingen diezelfde verpleegkundig specialist zal kunnen uitvoeren (vanaf 1 januari 2025) 

Het gaat hier om de bijkomende klinische activiteiten en medische handelingen die men mag uitoefenen in uitvoering van zijn erkenning als verpleegkundig specialist. 

2024.060

Erkenningscriteria vastgelegd voor verpleegkundig specialist

 

Op 25 april 2024 is een KB gepubliceerd dat de erkenningscriteria voor het beroep van verpleegkundig specialist bepaalt.

Deze criteria treden wel pas in werking op 1 januari 2025.

Hierna vindt u de integrale tekst van het KB.

 

14 APRIL 2024. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de criteria om de titel van verpleegkundig specialist te dragen