Interpretatieregel i.v.m. terugbetaling van schedelbotprothesen (BS 12-03-2020)
Geachte collega
In het BS van 12/3/2020 verscheen een interpretatieregel i.v.m. terugbetaling van schedelbotprothesen.
met collegiale groeten, het ASGB-bestuur
|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID |
Interpretatieregels betreffende de lijst van verstrekkingen van vergoedbare implantaten en invasieve medische hulpmiddelen
Op voorstel van de Commissie tegemoetkoming implantaten en medische hulpmiddelen van 30 januari 2020, en in uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 17 februari 2020 de hiernagaande interpretatieregel toegevoegd:
Interpretatieregels betreffende de lijst van verstrekkingen van vergoedbare implantaten en invasieve medische hulpmiddelen:
INTERPRETATIEREGEL 37
VRAAG
Mag de verstrekking 152751-152762 geattesteerd worden voor een schedelprothese gefabriceerd met behulp van een gietvorm op maat?
152751-152762
Schedelbeenprothese op maat om een deel van het schedelluik te vervangen ten gevolge van een ongeval, een tumor, een infectie of elke andere oorzaak verantwoordelijk voor een bottekort of voor de schedelreconstructie in het kader van vervormingen of craniosynostosen door aangeboren ziekten
ANTWOORD
De schedelbeenprothese gefabriceerd in per/perioperatoire setting met behulp van een gietvorm op maat mag niet onder de verstrekking 152751-152762 geattesteerd worden.
Het cement en de fixatie-elementen (schroeven, rivetten, platen) kunnen geattesteerd worden onder de overeenstemmende verstrekkingen opgenomen onder het hoofdstuk B.6. Cranioplastie.
De gietvorm kan niet als een implantaat beschouwd worden.
De interpretatieregel 37 heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2014.
Brussel, 17 februari 2020.
De Leidend Ambtenaar, De Voorzitter,
M. DAUBIE, J. VERSTRAETEN
Directeur-generaal a.i.