Interpretatieregels i.v.m. zuurstoftherapie (BS 10-04-2020)
Geachte collega
In het BS van 10/4/2020 verschenen twee interpretatieregels i.v.m. zuurstoftherapie.
met collegiale groeten, het ASGB-bestuur
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering
Interpretatieregel
Het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging heeft op 30-03-2020 de hierna volgende interpretatieregel vastgesteld :
Interpretatieve regel voor de terugbetaling van de oxyconcentratoren.
Vraag:
In welke situatie mag een afgeleverde machtiging voor deel I - hoofdstuk 2 - afdeling 6 ( § 1 B - behandeling met een oxyconcentrator - patiënten met acute hypoxemie) van het koninklijk besluit van 24 oktober 2002 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden waaronder de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen tegemoetkomt in de kosten van de verstrekkingen bedoeld in artikel 34, eerste lid, 20° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 als geldig beschouwd worden voor 6 maal een maand?
Antwoord :
Indien een patiënt over een machtiging voor een behandeling met een oxyconcentrator, conform de bepalingen van deel I - hoofdstuk 2 - afdeling 6 ( § 1 B - patiënten met acute hypoxemie) van het koninklijk besluit van 24 oktober 2002 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden waaronder de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen tegemoetkomt in de kosten van de verstrekkingen bedoeld in artikel 34, eerste lid, 20° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, dan wordt de terugbetaling voor 6 periodes van 1 maand toegestaan.
In dit geval blijft de huidige machtiging geldig tot en met 31 mei 2020 of, in voorkomend geval, tot een latere datum die door de Minister van Sociale Zaken op voorstel van het Verzekeringscomité wordt bepaald.
De voorgenoemde interpretatieregel heeft uitwerking met ingang van 1 april 2020.
De Leidend ambtenaar,
M. DAUBIE
De Voorzitter,
J. VERSTRAETEN
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering
Interpretatieregel
Op voorstel van de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen van 25-03-2020 en in uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 30-03-2020 de hierna volgende interpretatieregel vastgesteld :
Interpretatieve regel voor de terugbetaling van de farmaceutische specialiteiten met gasvormige zuurstof als actief bestanddeel.
Vraag:
In welke situatie mag een afgeleverde machtiging voor § 6370100 (zuurstoftherapie) als geldig beschouwd worden voor 6 maal een maand?
Antwoord :
Indien de patiënt over een machtiging voor gasvormige zuurstof, volgens de voorwaarden van § 6370100, beschikt, dan wordt de terugbetaling voor 6 periodes van 1 maand toegestaan. In dit geval blijft de huidige machtiging geldig tot en met 31 mei 2020 of, in voorkomend geval, tot een latere datum die door de Minister van Sociale Zaken op voorstel van het Verzekeringscomité wordt bepaald.
De voorgenoemde interpretatieregel heeft uitwerking met ingang van 1 april 2020.
De Leidend ambtenaar,
M. DAUBIE
De Voorzitter,
J. VERSTRAETEN