Ook pensioen voor uw ASO- of HAIO-jaren, of beter een hoger RIZIV-sociaal statuut?

2022.118

Om maar meteen met de deur in huis te vallen: u bouwt momenteel, in de huidige stand van zaken, GEEN pensioen op tijdens de jaren dat u als ASO of HAIO actief bent. Gezien de opleiding voor bepaalde specialismes nog toeneemt in duur, kan dit erg problematisch worden. Het is bv. niet ondenkbaar dat u straks slechts 1/3 van een volledig pensioen opbouwt.

Er circuleert gelukkig wel al een wetsvoorstel (van parlementsleden De Block, Bacquelaine en Muylle) dat de opleidingsjaren wil laten gelijkstellen met gewerkte jaren wat de berekening van de loopbaan betreft. Dit komt neer op het volgende: een volledige loopbaan voor het pensioen bedraagt 45/45, als u pas op uw 30ste begint te werken na de opleiding, kunt u maximaal aan pakweg 35/45 komen, als het wetsvoorstel echt wet wordt, komen daar de opleidingsjaren nog bij.

Dit zou dus zeker al een stap in de goede richting zijn, maar op dit moment is het (terug) stil rond dit voorstel. Bovendien is er ons inziens ook een grotere stap nodig, want met een gelijkstelling alleen worden er voor de opleidingsjaren nog altijd geen bijdragen betaald voor het pensioen. M.a.w., uw loopbaanbreuk verbetert er wel door, maar het effect op het uiteindelijke pensioenbedrag zal beperkt zijn. Om dit euvel op te lossen oppert men soms dat de stap van het sui generis-statuut naar het bediendenstatuut gezet moet worden.

Dit laatste, zo heeft het verleden al geleerd, is niet alleen onbespreekbaar voor de ziekenhuizen, het zou ook een enorme financiële inspanning van de ASO en de HAIO zelf vragen. Uit berekeningen die door de FOD Pensioenen in 2015 werden gemaakt, blijkt dat het gaat om een extra bijdrage van liefst 12 miljoen. En de return aan hoger pensioen… zou later zelfs lager zijn dan dat bedrag.

Daarom is er volgens ASGB/Kartel slechts één goede én realistische oplossing: een (verdere) verhoging van het RIZIV-sociaal statuut voor ASO en HAIO. Dit kan binnen het RIZIV en de NCAZ zeer snel beslist worden en de overgrote meerderheid van de ASO en HAIO zal na de opleiding toch zelfstandige worden. Het rendement van een netto belastingvrije premie, gestort in de persoonlijke pensioenpot, zal o.i. hoger zijn dan een bijkomende investering in het wettelijk pensioenstelsel.

We zijn deze weg in 2020 al ingeslagen (de verhogingen van het sociaal statuut uit de conventies van 2021 en 2022-2023 zijn er gekomen op het initiatief van ASGB/Kartel), we moeten nu alleen de volgende stappen nog zetten. Uit berekeningen die wij hebben laten maken blijkt immers dat voor een vijfjarige opleiding een verhoging met 70% nodig is!

Als bijlage bij dit bericht vindt u een tekst van Dr Rutsaert, de ASGB-specialist in deze materie, die ingaat op de verdere details van de huidige stavaza en de oplossingen voor de toekomst.

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
CAPTCHA
3 + 4 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.
2024.042

OPROEP : kandidaat voor werkgroep long Covid

 

De huidige overeenkomst Long-COVID-19 voor een aangepaste zorgaanpak neemt een einde op 30 juni 2024. 

Voor de nieuwe conventie zal men een transversale werkgroep organiseren op 23 april. 

Wij doen een oproep onder onze leden om zich kandidaat te stellen voor deze WG.

Bij interesse kan u een e-mail sturen naar het secretariaat (info@asgb.be).

 

 

2024.041

Update van nomenclatuur pneumologie (interventionele bronchoscopie)

 

Op 25 maart 2024 is een KB gepubliceerd dat de nomenclatuur voor de pneumologie aanpast.

Het gaat meer bepaald om een hele reeks aanpassingen inzake de interventionele bronchoscopie.

U vindt de aanpassingen integraal terug in de pdf als bijlage.

Zij treden in voege op 1 mei 2024.

2024.040

Praktijkondersteuning huisartsen geconcretiseerd

 

Het vorige akkoord voorzag al in een budget van 16,7 miljoen euro voor de ondersteuning van de praktijken van huisartsen in 2023.

Dat werd nu eindelijk ook geconcretiseerd en afgerond door een werkgroep van de NCAZ én op 25 maart jl. goedgekeurd door het Verzekeringscomité van het RIZIV.

Vooreerst, die 16,7 miljoen komt uit het budget voor de honoraria van de artsen. Dat willen we toch even benadrukken te midden van (ministeriële) persberichten over lenteplannen.