Budgettaire verschuivingen binnen de klinische biologie in eindfase

2023.129

 

Op de Medicomut van maandag 19/06 werd een belangrijk dossier voor de klinisch biologen én bij uitbreiding voor alle medisch specialisten in een beslissende plooi gelegd.

In het akkoord 2022-23 stond een uitgebreid stuk over de hervorming van de ziekenhuisfinanciering én over de hervorming van de nomenclatuur. Hierbij werd de klinische biologie specifiek naar voor geschoven om reeds deels te behandelen in dit lopend akkoord.

“Door deze aanpassingen zal een nieuw financieringsmodel tot stand worden gebracht met een opsplitsing tussen het kostengedeelte en professioneel gedeelte van de honoraria voor de klinische biologie, zowel in de ziekenhuissector als in de ambulante sector”

Ook al hebben we nooit begrepen waarom men er één discipline afzonderlijk uitlichtte i.p.v. een grondige pandisciplinaire hervorming door te voeren, hebben we conform ons DNA scherp en constructief mee onderhandeld.

We hebben tijdens de onderhandelingen meerdere angels uit de initiële voorstellen kunnen halen, maar uiteraard diende alles nog te worden uit onderhandeld.

Het voorbije anderhalf jaar hebben we intens onderhandeld met het Kabinet om deze plannen voor de klinisch biologen en ziekenhuizen zo billijk mogelijk vorm te geven.

 

Kort samengevat zijn dit de krijtlijnen

* Er wordt een budgettaire massa van 15% vrijgemaakt op de (alle) honoraria klinische biologie.

* In de ambulante sector wordt deze vrijgemaakte massa (46mio euro) gebruikt voor nieuwe initiatieven voor huisartsen én specialisten.

* In de ziekenhuissector komt deze budgettaire massa (223mio - 46mio = 177mio euro) terug als honorariummassa naar de ziekenhuizen én wordt via een akkoord medische raad / beheerder in het ziekenhuis aangewend ter vrijwaring van de take-home van de klinisch biologen. Hiervoor werd een conventie uitgewerkt.

* Er worden bijkomende transparantiebepalingen bij het vragen van supplementen in de (ambulante) klinische biologie toegevoegd, om te vermijden dat de patiënten deze verschuiving linea recta zelf moeten compenseren. Het aanrekenen van niet-vergoede verstrekkingen blijft mogelijk.

* We kunnen ons akkoord verklaren met de grote krachtlijnen van dit akkoord, maar we houden een slag om de arm om toe te zien dat de uitwerking voor de klinisch biologen correct, billijk en transparant verloopt. Dit hebben we ook omstandig verwoord tijdens de medicomut en we laten dit ook duidelijk notuleren in het proces verbaal.

 

Onze opmerkingen en voorwaarden ter zitting gemaakt

* Het akkoord heeft een belangrijke component van onderling vertrouwen tussen beheerders en artsen. Dit vertrouwen werd duidelijk uitgesproken tussen de onderhandelaars van artsen en beheerders. Als dit vertrouwen wordt geschonden ten nadele van de klinisch biologen in de ziekenhuizen wanneer alles wordt uitgerold is er voor ons een majeur probleem (lees: komt het hele overlegmodel en in het bijzonder de onderhandeling over de ziekenhuisfinanciering en herijking op de helling te staan).

* Deze regeling moet lopen tot de afronding van de volledige hervorming van de nomenclatuur en de ziekenhuisfinanciering.

* Er moet transparantie en duidelijkheid komen rond de gebruikte bronnen om de 15% marge te berekenen. Het Möbiusrapport is voor ons alvast een slecht werkstuk gebleken en hier dient openlijk afstand van te worden genomen.

* Er is een gentleman’s agreement om voorlopig met verlaging van de coëfficiënt te werken, maar in het te sluiten akkoord voor 2024-25 een regeling te treffen met verlaging van de sleutelletter in plaats van de coëfficiënt.

* We hebben enkele belangrijke tekstuele aanpassingen laten doen aan de finale teksten. Zo werd bijvoorbeeld in het TGR document het woord ‘gelijkwaardig’ vervangen door ‘gelijk’.

* Gezien er een aantal harmonisaties tussen apothekers en artsen klinisch biologen gevraagd worden, hebben we een definitieve regeling om de apothekers klinisch biologen eindelijk te laten stemmen tijdens de medische verkiezingen op tafel gelegd. Een vraag die ASGB/Kartel overigens al 20 jaar geleden stelde, … toen ook aan een zekere Frank Vandenbroucke (zie brief als bijlage bij dit bericht).

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
CAPTCHA
4 + 5 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.
2024.161

Politieke impasse over RIZIV-budget 2025, wat nu met akkoord 24-25?

 

Op 4 november 2024 is het Kartel (ASGB/GBO/MODES) de opzegprocedure van het akkoord 2024-2025 gestart. Waarom? Omdat de toekomst van het overlegmodel op het spel stond (en staat) door politiek getouwtrek, zie ook https://asgb.be/node/28921.

2024.163

Bericht aan de medische raden: enquête honorariumsupplementen en afdrachten

 

Wij ontvingen vragen over deze enquête (zie brief in de pdf als bijlage bij dit bericht) en of we al dan niet aanraden om deze in te vullen.

Het antwoord is simpel: het is een bonafide enquête, vertrekkende vanuit de NCPAZ na goedkeuring vanuit de artsensyndicaten, en met als doel een correct beeld te krijgen op de supplementen in de ziekenhuizen.

We kunnen niet pleiten dat supplementen essentieel zijn voor het voortbestaan en de investeringen in de ziekenhuizen, als we niet kunnen aantonen over welke bedragen het gaat. We zullen dit dus moeten illustreren.

2024.162

Vanaf 2025 HPV-test als primaire screeningtest voor opsporen baarmoederhalskanker

 

Op 22 november 2024 werden drie KB’s gepubliceerd met de bedoeling om de HPV-test vanaf 1 januari 2025 als primaire screeningtest te introduceren voor de opsporing van baarmoederhalskanker. 

Tot op heden gebeurt die opsporing nog door cytologisch onderzoek van een cervicaal uitstrijkpreparaat en wordt de HPV-test slechts terugbetaald na een afwijkend cytologieresultaat.

Dankzij de drie nieuwe KB’s wordt de nomenclatuur aangepast met ingang van 1 januari 2025.

Als bijlage bij dit bericht vindt u twee documenten: