Wetswijziging inzake indexering van de prestaties gepubliceerd
Op 23 november 2023 is een zgn. Wet diverse bepalingen inzake de gezondheidszorg gepubliceerd. Art. 22 handelt over de indexering van de prestaties.
Zoals u weet werd in tal van voorbije akkoorden een selectieve indexering toegepast met de bedoeling om bij gebrek aan marge toch enige herijking op een min of meer pijnloze manier door te voeren.
We kwamen daarbij tot de vaststelling dat sommige verstrekkingen in een conventie of een aparte partiële begrotingsdoelstelling (bv. slokdarmchirurgie, de forfaitaire honoraria per voorschrift klinische biologie, medische genetica, …) konden genieten van een automatische indexering terwijl andere gelijkaardige verstrekkingen dat voordeel niet hadden (bv. andere heelkundige verstrekkingen, andere forfaitaire honoraria klinische biologie).
We hebben de NCAZ daar bij herhaling op gewezen en onze opmerking werd ook opgenomen in het akkoord 2022-2023: “2.2: Tevens dringt de NCAZ erop aan om te voorzien dat vanaf 2023 de indexmassa voor de honoraria die via conventies of koninklijke besluiten worden vastgesteld door de NCAZ wordt bepaald”.
Er was daarvoor echter een wetswijziging nodig en die is nu dus gepubliceerd. Er zijn wel nog uitvoeringsbesluiten nodig en de akkoordencommissies behouden ook de bevoegdheid om deze wijziging al dan niet toe te passen.
Hierna vindt u de integrale tekst van de op 23/11/2023 gepubliceerde wijziging.
6 NOVEMBER 2023. – Wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheidszorg
Afdeling 9 - Van indexering van prestaties
Art. 22. Artikel 207bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20 december 1995 houdende sociale bepalingen, wordt aangevuld met een lid, luidende:
"De Koning kan, op voorstel van de bevoegde overeenkomsten- of akkoordencommissie en na advies van het Verzekeringscomité en de Algemene raad, bepalen op welke manier die commissie kan beslissen over de aanwending van de indexmassa van de betrokken partiële jaarlijkse begrotingsdoelstelling, vastgesteld krachtens het eerste lid."
Reacties
Ik snap het niet goed??? Wat is dan het wezenlijk verschil met ervoor. Er zal nu toch ook met zekerheid een deel van de indexmassa voor andere doeleinden gebruikt worden, niet?
Beste Dr Cornelissen,
Een voorbeeld. Vorig jaar werd beslist om 1% van de indexmassa te reserveren voor nieuwe initiatieven en herijking (bv. opwaardering van alle raadplegingen tot >30€).
Het was en bleef echter onmogelijk om die 1% bij bepaalde sectoren af te houden omdat ze bv. via een conventie wettelijk recht hadden op een volledige index.
Dat leidt tot unfaire situaties waarbij bv. een slokdarmchirurg (conventie) wel zijn volledige index krijgt en een colonchirurg (nomenclatuur) niet.
Zo zijn er inmiddels tal van conventies en partiële begrotingsdoelstellingen. Daarom hebben we enkele jaren geleden voorgesteld om ook voor die sectoren een selectieve index (hoger of lager) mogelijk te maken.
Dat is nu met deze wet gebeurd. Dat wil nog niet zeggen dat de NCAZ dit ook voor elke sector zal toepassen maar de mogelijkheid is tenminste gecreëerd.
Met collegiale groeten, het ASGB-bestuur
Reactie toevoegen