Functie 'zeldzame ziekten'*

ASGB-BERICHT 2014.088

Geachte collega

In het BS van 8/8/2014 verschenen enkele KB’s i.v.m. de functie `zeldzame ziekten'

Met collegiale groeten, het ASGB-bestuur.


Publicatie: 2014-08-08

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij sommige bepalingen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, toepasselijk worden verklaard op de functie `zeldzame ziekten'FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikel 79;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, gegeven op 16 mei 2013;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven 4 maart 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014;
Gelet op advies 55.767/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. De functie `zeldzame ziekten' wordt beschouwd als een functie van een ziekenhuis zoals bedoeld in artikel 79 van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen.
De in het eerste lid bedoelde functie omvat de interdisciplinaire diagnose, behandeling en de opvolging van patiënten met een zeldzame ziekte zijnde een ziekte met een levensbedreigend en/of chronisch invaliderend karakter met een prevalentie van minder dan 5/10 000 inwoners.
De functie richt zich op een of meerdere zeldzame ziekten en/of een of meerdere groepen zeldzame ziekten.
Art. 2. De artikelen 66, 72 met uitzondering van de bepaling die de integratie in het in artikel 36 bedoelde programma als erkenningsvoorwaarde oplegt, 73, 74, 75, 76 en 78 van voormelde wet zijn van overeenkomstige toepassing op de in artikel 1 bedoelde functie.
Art. 3. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen om te worden erkend en erkend te blijven
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikelen 20 en 66, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2014 waarbij sommige bepalingen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, toepasselijk worden verklaard op de functie `zeldzame ziekten', artikel 2;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, gegeven op 16 mei 2013;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 maart 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014;
Gelet op advies 55.766/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. De functie `zeldzame ziekten' moet om erkend te worden en erkend te blijven voldoen aan de normen vastgesteld in dit besluit.
HOOFDSTUK 2. - Medische omkadering
Art. 2. Het ziekenhuis beschikt over :
1° een functie voor intensieve zorg;
2° een functie `gespecialiseerde spoedgevallenzorg';
3° een centrum voor menselijke erfelijkheid;
4° een ziekenhuisapotheek met activiteiten van klinische farmacie;
5° faciliteiten van medische beeldvorming;
6° een laboratorium voor klinische biologie dat 7 dagen op 7, 24 u op 24 u, beschikbaar is voor het uitvoeren van bijzondere testen;
7° een laboratorium voor pathologische anatomie;
8° een biobank die een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst heeft met minstens één internationaal netwerk.
In afwijking op het eerste lid, 8°, volstaat het dat het ziekenhuis beschikt over een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst met een in punt 8° bedoelde biobank.
Wanneer in een gewest slechts één functie `zeldzame ziekten' kan worden erkend doordat enkel één ziekenhuis binnen het gewest beschikt over een erkend centrum voor menselijke erfelijkheid, kan in afwijking op het eerste lid, 3°, in dat gewest bijkomend één functie `zeldzame ziekten' worden erkend op voorwaarde dat het ziekenhuis beschikt over een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst met een erkend centrum voor menselijke erfelijkheid.
HOOFDSTUK 3. - Personeelsomkadering
Art. 3. § 1. De functie `zeldzame ziekten' beschikt per zeldzame ziekte of groep van zeldzame ziekten over een multidisciplinair team bestaande uit minstens :
1° een geneesheer-specialist in de pediatrie met aantoonbare ervaring in de betreffende zeldzame ziekte of groep van zeldzame ziekten;
2° een geneesheer-specialist in de inwendige geneeskunde met aantoonbare ervaring in de betreffende zeldzame ziekte of groep van zeldzame ziekten;
3° een klinisch geneticus voor ondermeer de diagnosestelling en genetisch counseling van de patiënt en eventueel zijn familieleden. Onder klinisch geneticus wordt verstaan een geneesheer die, na zijn basisopleiding, een specifieke voltijdse opleiding heeft gevolgd ten belope van vijf studiejaren in een Belgisch of buitenlands centrum voor menselijke erfelijkheid;
4° de nodige verpleegkundige omkadering;
5° de nodige paramedische omkadering;
6° de nodige psychosociale omkadering.
Onder de leden van het multidisciplinair team wordt met het oog op de coördinatie van de behandeling en opvolging van de patiënt gedurende elke levensfase, een coördinator aangesteld.
§ 2. De functie moet een beroep kunnen doen op geneesheer-specialisten die een bijzondere en aantoonbare ervaring en expertise hebben in bepaalde zeldzame ziekten of groepen van zelfdzame ziekten.
Art. 4. De functie beschikt over een geneesheer-diensthoofd met bewezen ervaring op het vlak van wetenschappelijk onderzoek.
Bedoelde ervaring wordt aangetoond aan de hand van wetenschappelijke publicaties en een score van minimum 15 binnen de Hirsch-index.
Art. 5. § 1. De functie beschikt over een multidisciplinaire commissie voor zeldzame ziekten.
§ 2. In bedoelde multidisciplinaire commissie zetelen minstens een vertegenwoordiger van elke multidisciplinair team zoals bedoeld in artikel 3.
De arts-beheerder van de biobank wordt uitgenodigd voor de vergaderingen van de multidisciplinaire commissie.
§ 3. Bedoelde multidisciplinaire commissie heeft als taken :
1° het ondersteunen van de geneesheer-diensthoofd;
2° het ontwikkelen van een meerjarenplan voor de functie;
3° het uitwerken van een lijst van zeldzame ziekten of groepen van zeldzame ziekten waarop de functie zich richt;
4° het uitwerken van een strategie voor wetenschappelijk onderzoek;
5° het uitwerken van initiatieven rond opleiding en bijscholing.
Art. 6. De coördinator bedoeld in artikel 3, § 1, en de geneesheer-diensthoofd bedoeld in artikel 4, nemen deel aan overleg omtrent registratie van gegevens en omtrent kwaliteit georganiseerd door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Art. 7. De functie organiseert op regelmatige tijdstippen voor de medewerkers van de functie, zowel zorgverstrekkers als wetenschappelijke medewerkers, opleiding en bijscholing. Deze staan eveneens open voor medewerkers van andere erkende functies.
Art. 8. De functie organiseert klinisch wetenschappelijk onderzoek op het vlak van zeldzame ziekten al dan niet met een translationeel karakter.
HOOFDSTUK 4. - Infrastructuur
Art. 9. De functie `zeldzame ziekten' beschikt over :
1° faciliteiten voor multidisciplinaire raadplegingen met eigen infrastructuur en uitrusting;
2° faciliteiten voor daghospitalisatie die duidelijk identificeerbaar zijn;
3° faciliteiten voor hospitalisatie die duidelijk identificeerbaar zijn;
4° faciliteiten voor videoconferentie en telegeneeskunde.
HOOFDSTUK 5. - Kwaliteitsnormen
Art. 10. De functie maakt gebruik van een multidisciplinair kwaliteitshandboek.
Bedoeld kwaliteitshandboek bevat :
1° multidisciplinaire richtlijnen met betrekking tot de diagnosestelling, behandeling en opvolging;
2° richtlijnen met betrekking tot de periodieke evaluatie van de zorgkwaliteit binnen de functie;
3° de organisatorische afspraken van de verwijzing van patiënten in het kader van netwerken `zeldzame ziekten' met inbegrip van Europese netwerken zoals bedoeld in de Europese richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg;
4° de verwijzing naar expertisecentra `zeldzame ziekten';
5° de medewerkers van de functie.
Het handboek ligt in het ziekenhuis ter inzage.
Art. 11. Voor elke patiënt met een zeldzame ziekte stelt de functie een zorgplan op volgens de richtlijnen van het multidisciplinair kwaliteitshandboek zoals bedoeld in artikel 10.
Het opstellen van het zorgplan gebeurt in het kader van een multidisciplinair overleg zoals bedoeld in artikel 12.
Art. 12. § 1. Op regelmatige tijdstippen wordt er multidisciplinair overleg gepleegd per zelfdzame ziekte of groep zeldzame ziekten.
§ 2. Aan dit overleg nemen de betrokken zorgverstrekkers van de functie deel.
In functie van de complexiteit van de zeldzame ziekte worden eveneens zorgverstrekkers van andere functies en expertisecentra `zeldzame ziekten' betrokken.
§ 3. Van elk overleg wordt er een verslag opgemaakt met volgende gegevens :
1° de datum van het overleg;
2° de deelnemers aan het overleg;
3° een samenvatting van het resultaat van het overleg.
Het verslag wordt toegevoegd aan het patiëntendossier.
Art. 13. Voor elke patiënt met een zeldzame ziekte wordt een verslag van de behandeling opgesteld.
Bedoeld verslag van de behandeling bevat :
1° de intern geregistreerde gegevens zoals bedoeld in artikel 16;
2° het zorgplan;
3° een motivering van eventuele afwijkingen van de richtlijnen van het kwaliteitshandboek zoals bedoeld in artikel 10;
4° eventuele nevenwerkingen van de behandeling;
5° het resultaat van de behandeling;
6° de modaliteiten voor de opvolging van de patiënt.
Art. 14. De functie verzekert de continuïteit van de behandeling en opvolging van de patiënt doorheen elke levensfase. Dit houdt ondermeer de opvolging van late effecten en de eventuele organisatie van een transitieraadpleging in.
De in het eerste lid bedoelde transitieraadpleging wordt georganiseerd bij de overgang van kind naar volwassene.
Art. 15. De functie kan een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst afsluiten met een ziekenhuis dat niet beschikt over een erkende functie `zeldzame ziekten', maar dat wel de interdisciplinaire diagnose, behandeling en de opvolging van patiënten met een zeldzame ziekte verzekert. In bedoelde samenwerkingsovereenkomst worden de nodige afspraken gemaakt opdat in vernoemd ziekenhuis de nodige kwaliteitsgaranties worden geboden op het vlak van diagnose, behandeling en opvolging van zeldzame ziekten.
Art. 16. De functie registreert intern voor elke patiënt volgende gegevens :
1° de demografische gegevens;
2° de aard van de ziekte;
3° het stadium van de ziekte;
4° de verschillende therapeutische stadia;
5° de datum van het eventuele overlijden van de patiënt.
Art. 17. De functie neemt deel aan de interne en externe toetsing van de medische activiteit zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 15 februari 1999 betreffende de kwalitatieve toetsing van de medische activiteit in de ziekenhuizen.
Art. 18. De functie neemt deel aan minstens drie netwerken `zeldzame ziekten' zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 25 april 2014 die zich elk richten tot een andere zeldzame ziekte of groep zeldzame ziekten.
Tevens neemt de functie deel aan Europese en internationale netwerken inzake zeldzame ziekten.
HOOFDSTUK 6. - Slotbepaling
Art. 19. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij sommige bepalingen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, toepasselijk worden verklaard op de referentiecentra `zeldzame ziekten', ook `expertisecentra' genoemd
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikel 14, tweede lid;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, gegeven op 16 mei 2013;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 4 maart 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014;
Gelet op advies 55.769/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. De artikelen 66, 72 met uitzondering van de bepaling die de integratie in het in artikel 36 bedoelde programma als erkenningsvoorwaarde oplegt, 73, 74, 75, 76 en 78 van voormelde wet zijn van overeenkomstige toepassing op de referentiecentra `zeldzame ziekten', ook `expertisecentra' genoemd.
Art. 2. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de karakteristieken voor het aanwijzen van referentiecentra `zeldzame ziekten', `expertisecentra' genoemd, binnen de erkende functies `zeldzame ziekten'

FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikelen 14, eerste lid, en 66, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit waarbij sommige bepalingen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, toepasselijk worden verklaard op de referentiecentra `zeldzame ziekten', artikel 2;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, gegeven op 16 mei 2013;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 april 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014;
Gelet op advies 55.768/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Een functie `zeldzame ziekten' kan worden aangewezen als referentiecentrum `zeldzame ziekten', verder `expertisecentrum' genoemd, voor een welbepaalde groep van zeldzame ziekten of een welbepaalde zeldzame ziekte, indien de functie voldoet en blijft voldoen aan de volgende karakteristieken :
1° deelnemen aan internationale netwerken specifiek op het vlak van de groep zeldzame ziekten of de welbepaalde zeldzame ziekte waarvoor een aanwijzing als expertisecentrum wordt gevraagd;
2° beschikken over geneesheer-specialisten die erkend zijn voor wat betreft hun expertise en ervaring op het vlak van de groep zeldzame ziekten of de zeldzame ziekte binnen de groep waarvoor een aanwijziging als expertisecentrum wordt gevraagd. Bedoelde ervaring wordt aangetoond aan de hand van wetenschappelijke publicaties en een score van minimum 15 binnen de Hirsch-index.
3° andere functies op het vlak van de groep zeldzame ziekten of de zeldzame ziekte waarvoor de aanwijzing als expertisecentrum wordt gevraagd, ondersteunen en het maken van de nodige afspraken met hen in verband met verwijzing en terugverwijzing van patiënten.
De functie `zeldzame ziekte' kan eveneens de aanwijzing als referentiecentrum `zeldzame ziekten' aanvragen voor voor wat betreft de activiteiten omtrent zeldzame ziekten in het ziekenhuis waarmee ze een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst afsloot zoals bedoeld in artikel 15 van het koninklijk besluit van 25 april 2014 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen om te worden erkend en erkend te blijven.
Art. 2. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij sommige bepalingen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, toepasselijk worden verklaard op het netwerk `zeldzame ziekten'
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikel 11, § 3;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling Programmatie en Erkenning, gegeven 16 mei 2013 ;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 maart 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014;
Gelet op advies nr. 55.771/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. De artikelen 20, 66, 67, 72 - met uitzondering van de bepaling die de integratie in het in artikel 36 bedoeld programma als erkenningsnorm oplegt -, 73, 74, 75, 76, 78 en 92 van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen zijn van overeenkomstige toepassing op het netwerk `zeldzame ziekten'.
Art. 2. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de erkenningsnormen voor het netwerk `zeldzame ziekten'FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikelen 11, §§ 2 en 3, 20, 66 en 67;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2014 tot aanduiding van de artikelen van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, die van toepassing zijn op het netwerk `zeldzame ziekten', artikel 1;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling Programmatie en Erkenning, gegeven op 16 mei 2013;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 maart 2014;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 22 april 2014 ;
Gelet op advies nr. 55.770/3 van de Raad van State, gegeven op 16 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg de lidstaten aanmoedigt om de ontwikkeling van Europese netwerken op het gebied van zeldzame ziekten te bevorderen door ondermeer op het nationaal grondgebied de geschikte zorgaanbieders en expertisecentra te verbinden en gelet de terzake relevante aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2009 `betreffende een optreden op het gebied van zeldzame ziekten';
Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Het netwerk `zeldzame ziekten' is gericht op het aanbieden van zorgcircuits aan patiënten met een zeldzame ziekte, in het kader van een juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst.
Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder zeldzame ziekte een ziekte met een levensbedreigend en/of chronisch invaliderend karakter met een prevalentie van minder dan 5/10 000 inwoners.
Het netwerk richt zich op een of meerdere zeldzame ziekten en/of een of meerdere groepen zeldzame ziekten.
Art. 2. Het netwerk `zeldzame ziekten' biedt minstens een zorgcircuit aan dat ertoe leidt dat patiënten met een zeldzame ziekte worden behandeld en opgevolgd door de meest aangewezen functie `zeldzame ziekten' of voor zover deze zijn aangeduid, het meest aangewezen expertisecentrum `zeldzame ziekten'.
Art. 3. Van het netwerk `zeldzame ziekten' moeten minstens volgende zorgaanbieders deel uitmaken :
1° algemene ziekenhuizen zonder erkenning voor een functie `zeldzame ziekten' of voor een expertisecentrum `zeldzame ziekten';
2° ziekenhuizen met een erkende functie `zeldzame ziekten';
3° ziekenhuizen met een expertisecentrum `zeldzame ziekten' voor zover als aangewezen;
4° centra menselijke erfelijkheid.
Van het netwerk kunnen bovendien huisartsenkringen zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, deel uitmaken.
Elke zorgaanbieder mag deel uitmaken van meerdere netwerken.
Onder voorbehoud van de toepassing van het tweede lid maken de voor de zeldzame ziekte(n) of groep(en) zeldzame ziekten waarop het netwerk zich richt relevante zorgaanbieders in elk geval deel uit van het netwerk.
Art. 4. § 1. In elk netwerk `zeldzame ziekten' wordt een coördinator aangeduid volgens de modaliteiten bepaald in de juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst.
§ 2. De coördinator wordt belast met de organisatie en de coördinatie van de activiteiten van het netwerk `zeldzame zieken' in samenspraak met de deelnemende zorgaanbieders zoals nader uitgewerkt in de juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst.
Art. 5. Het netwerk neemt deel aan Europese en internationale netwerken.
Art. 6. § 1. Het netwerk `zeldzame ziekten' moet beschikken over een netwerkcomité bestaande uit vertegenwoordigers van elk van de deelnemende zorgaanbieders zoals bedoeld in artikel 3 die worden aangeduid volgens de modaliteiten opgenomen in de juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst.
Bij het overleg binnen bedoeld netwerkcomité worden bovendien minstens jaarlijks vertegenwoordigers van patiëntenverenigingen met betrekking tot de zeldzame ziekte of groep zeldzame ziekten waarop het netwerk zich richt, betrokken.
§ 2. Het netwerkcomité heeft als opdrachten :
1° waken over de uitvoering van de juridisch geformaliseerde samenwerkingsovereenkomst;
2° nemen van initiatieven met het oog op het verbeteren van de kwaliteit van de zorgverlening.
In het bijzonder dienen er afspraken te worden gemaakt in verband met het verwijzen en terugverwijzen van patiënten ondermeer naar algemene ziekenhuizen zonder erkenning voor een functie of een expertisecentrum `zeldzame ziekten' voor verdere opvolging of revalidatie;
3° uitwerken van modaliteiten van gemeenschappelijke procesbewaking en kwaliteitsopvolging van doorverwezen en terugverwezen patiënten;
4° overleg plegen over het uitwerken van zorgcircuits;
5° overleg plegen met zorgaanbieders op het vlak van zeldzame ziekten die geen deel uitmaken van het netwerk en hen sensibiliseren;
6° de zorgaanbieders bedoeld in artikel 3 ondersteunen bij het opstellen van het multidisciplinair kwaliteitshandboek.
7° organiseren van overleg met andere netwerken `zeldzame ziekten';
8° sensibiliseren van het publiek op het vlak van zeldzame ziekten.
§ 3. Het netwerkcomité komt minstens 1 maal per jaar samen voor het uitvoeren van haar opdrachten.
Het netwerkcomité stelt een huishoudelijk reglement in verband met haar organisatie en werking op.
Art. 7. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. L. ONKELINX

2024.123

Online-infosessie: co-governance voor artsen in ziekenhuisbestuur (17/9 om 20u)

 

In het groter kader van de aan gang zijnde hervorming van de ziekenhuisfinanciering ligt ook het dossier van de co-governance van de artsen in het ziekenhuisbestuur op tafel.

Meer nog, het is zelfs ASGB/Kartel geweest die dit als eerste geïnitieerd heeft en dit op ons congres van maart 2023, zie ppt als bijlage bij dit bericht, waarna ook de andere ‘partijen’ er zijn over gaan nadenken. Op de ad hoc werkgroep inzake de ziekenhuishervorming o.l.v. Johan Kips dient dit de komende maanden gefinaliseerd te worden.

2024.123

Online-infosessie: co-governance voor artsen in ziekenhuisbestuur (17/9 om 20u)

 

In het groter kader van de aan gang zijnde hervorming van de ziekenhuisfinanciering ligt ook het dossier van de co-governance van de artsen in het ziekenhuisbestuur op tafel.

Meer nog, het is zelfs ASGB/Kartel geweest die dit als eerste geïnitieerd heeft en dit op ons congres van maart 2023, zie ppt als bijlage bij dit bericht, waarna ook de andere ‘partijen’ er zijn over gaan nadenken. Op de ad hoc werkgroep inzake de ziekenhuishervorming o.l.v. Johan Kips dient dit de komende maanden gefinaliseerd te worden.

2024.122

RIZIV-toelichting over gebruik nieuwe nomenclatuurnummers voor bezoek WZC

 

We hebben u al gemeld dat er sinds 1 juni 2024 een nieuwe regeling bestaat voor bezoeken door huisartsen in een WZC, zie https://asgb.be/node/28817.

Idem voor dergelijke bezoeken door bepaalde artsen-specialisten, zie https://asgb.be/node/28823.

Welnu, op de website van het RIZIV werd op 30 augustus jl. bijkomende toelichting over het gebruik van deze nieuwe nummers gepubliceerd. Klik hiervoor op de onderstaande link: