B Impulseo tijdig in Belgisch Staatsblad
Bijlagen:
KB23032012-BS30032012-Impulsfonds.doc
Impulsfonds tussenkomst.xls
Geachte Collega,
Met bijzonder veel genoegen kunnen wij u meedelen dat het KB van 23 maart 2012 dat de nieuwe IMPULSEO-regeling bevat, vandaag 30 maart 2012, in het Belgisch Staatsblad is verschenen.
Bijgevoegd vindt u de integrale tekst van het KB.
Het nieuwe KB, dat het oude KB van 15 september 2006 deels herneemt en deels nieuwe bepalingen bevat, werd in belangrijke mate geïnspireerd op voorstellen van het ASGB.
Er wordt voorzien in belangrijke overgangsmaatregelen gezien het besluit reeds geruime tijd op goedkeuring lag te wachten.
Voor specifieke vragen kunt u terecht op het ASGB-secretariaat via mail: asgb@telenet.be of telefonisch.
Het ASGB zal u ook met raad en daad bijstaan bij het indienen van uw aanvraag.
Deze dienstverlening is kosteloos.
Met collegiale groeten, het ASGB-bestuur
We overlopen de voornaamste bepalingen.
IMPULSFONDS VOOR HUISARTSEN : premies en leningen, tussenkomst in loonkosten en tussenkomst in kosten voor telesecretariaat
1. TEGEMOETKOMING VOOR VESTIGINGEN
Aan de essentie van Impulseo I werd weinig veranderd: huisartsen kunnen binnen de vier jaar na hun erkenning een renteloze lening van maximum €15.000 aanvragen wanneer ze zich installeren in een individuele praktijk of een groepspraktijk.
NIEUW is dat voortaan de lening vervroegd kan aangevraagd worden tijdens het jaar dat aan het verkrijgen van de erkenning voorafgaat, indien bij de aanvraag het bewijs is gevoegd dat een onroerend goed is aangekocht. Indien binnen een periode van twee jaar , te rekenen vanaf de datum van toekenning van de tegemoetkoming, de erkenning niet wordt behaald, moet de tegemoetkoming onverwijld en volledig worden terugbetaald.
Impulseo I voorziet eveneens in de mogelijkheid om een premie van € 20.000 aan te vragen voor een nieuwe installatie in een individuele praktijk of een groepspraktijk in een zone die ofwel huisartsarm is ofwel zich situeert in achtergestelde gebieden in grootsteden. Voorwaarde is dan men vijf jaar gevestigd blijft in deze zone; is dit niet het geval, wordt de premie teruggevorderd van de huisarts, zonder aanrekening van intrest, naar evenredigheid met het aantal volledige, nog niet begonnen jaren die nog doorlopen moeten worden gedurende dewelke niet meer voldaan is aan de vereiste installatievoorwaarden.
Zo een nieuwe installatie kan ofwel een eerste installatie zijn, ofwel een verhuizing van een huisartsenactiviteit van een zone die niet huisartsarm of kansarm is naar een zone die dat wel is, ofwel een verhuizing van een huisartsenactiviteit van een zone die huisartsarm of kansarm is naar een zone die dat eveneens is, maar waarbij de huisarts in kwestie niet eerder genoot van de premie. Ook dit laatste is NIEUW.
Het KB bepaalt ook wat huisartsarm en kansarm betekent.
Voor kansarme gebieden wordt verwezen naar een ‘fiscaal’ KB van 4 juni 2003 dat de zones voor een positief grootstedelijk beleid vastlegt.
Huisartsarme zones zijn zones met ofwel minder dan 90 huisartsen per 100.000 inwoners ofwel minder dan 125 inwoners per km² en minder dan 120 huisartsen per 100.000 inwoners.
Het RIZIV maakt jaarlijks een lijst van dergelijke zones op en deelt die via het FOD Volksgezondheid mee aan de Federale Raad voor Huisartsenkringen. Deze raad deelt de lijst op zijn beurt mee aan de kringen. De kringen beschikken over een termijn van dertig dagen om de Federale raad op de hoogte te brengen van factoren m.b.t. de medische dichtheid, waarmee in de gehanteerde criteria geen rekening werd gehouden en die toelaten het statuut van hun huisartsenzone betreffende de toekenning van de premie te wijzigen. De federale Raad onderzoekt de doorgestuurde gegevens. Op basis daarvan kan de Raad binnen de drie maand na de ontvangst van die gegevens een gemotiveerd advies bezorgen aan de nationale commissie artsen-ziekenfondsen met uitbreiding of beperking van zones.
Die uitbreiding kan bestaan uit de toevoeging van een zone of een gedeelte ervan, die tenminste het grondgebied van een gemeente moet beslaan, hoewel de geanalyseerde medische dichtheid voor die hele zone als toereikend wordt beschouwd.
De beperking kan bestaan uit de terugtrekking van een zone of gedeelte ervan, die tenminste het grondgebied van een gemeente moet beslaan hoewel de geanalyseerde medische dichtheid voor die hele zone als ontoereikend wordt beschouwd. Onder factoren met betrekking tot de medische dichtheid die niet zijn opgenomen in het besluit, dient te worden verstaan: de factoren die onmiddellijk of op termijn een invloed kunnen hebben op de beschikbaarheidsgraad van één of meerdere huisartsen, zoals meerbepaald het voornemen van één of meerdere huisartsen van een zone om in de loop van het komende jaar hun activiteit af te bouwen of binnen een termijn van vijf jaar stop te zetten.
NIEUW is ook dat een aanvraag om uitbreiding kan worden ingediend voor een zone waarvan de geografische afbakening, het aantal actieve huisartsen en het inwonersaantal worden vastgesteld door een overheid die bevoegd is voor het lokaal gezondheidsbeleid en waarvan de huisartsenkring die erkend is voor de huisartsenzone waarin deze zone ligt, op basis van de plaatselijke kenmerken van de huisartsgeneeskunde, op geobjectiveerde en gemotiveerde wijze de noodzaak van de installatie van één of meerdere huisartsen aantoont. Hiervoor is terugwerkende kracht voorzien vanaf 1 januari 2008. Dit betekent dat huisartsen die zich in deze gebieden hebben gevestigd na 1 januari 2008, vooralsnog de premie kunnen aanvragen.
De zones worden jaarlijks voor 1 juni geactualiseerd en de actualisering wordt uiterlijk op 1 juli bekendgemaakt. De zones blijven gelden tot 31 december van het daaropvolgend jaar.
2. TEGEMOETKOMINGEN IN DE LOONKOSTEN
Elke huisarts kan een tussenkomst bekomen gelijk aan de helft van de globale loonkost van een werknemer belast met het onthaal en het praktijkbeheer met een maximum van € 5.872.
Voorwaarde is dat er een arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor 33% VTE (13u), met een loon dat minstens in overeenstemming is met het barema vastgesteld door het PC bevoegd voor bedienden belast met het onthaal en het praktijkbeheer, hij minstens 150 GMD’s heeft tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarvoor de aanvraag wordt ingediend en hij een gelabeld elektronisch dossier beheert. De GMD-vereiste geldt niet voor pas erkende huisartsen.
Groeperingen van meerdere huisartsen ontvangen, per huisarts die aan de voorwaarden voldoet, een veelvoud van dit bedrag, per 1/3 VTE personeelslid dat zij in dienst hebben. Ze moeten tevens over een schriftelijk samenwerkingsakkoord beschikken dat aan een aantal voorwaarden voldoet. De aanvragen dienen ingediend te worden vóór 30 juni van het jaar dat volgt op het jaar waarop de loonkosten betrekking hebben. Aanvragen kunnen ook betrekking hebben op een deel van een kalenderjaar. Het KB bepaalt tevens welke gegevens de aanvraag moet vermelden en welke documenten er moeten toegevoegd worden.
De regeling geldt met terugwerkende kracht tot 2008.
De maxima bedragen respectievelijk voor de loonkosten van
2008, € 5.740
2009, € 5.790
2010, € 5.871
2011, € 6.046
Aanvragen kunnen ingediend worden tot het einde van de derde maand die volgt op de maand tijdens dewelke het besluit wordt gepubliceerd.
In concreto: tot 30 juni 2012
3. TEGEMOETKOMING VOOR KOSTEN VOOR DIENSTEN VAN TELESECRETARIATEN
NIEUW is dat er een tegemoetkoming voorzien wordt voor de kosten van diensten medisch telesecretariaat dat tot doel heeft te helpen bij het administratief beheer van de praktijk. De nationale commissie geneesheren ziekenfondsen kan een lijst opstellen van de diensten medisch telesecretariaat waarvan wordt vastgesteld dat ze beantwoorden aan het vooropgestelde doel.
Aanvragen moet ook ingediend worden voor 30 juni van het jaar dat volgt op het jaar waarvoor men een tussenkomst vraagt in de kosten. De tegemoetkoming is gelijk aan de helft van de reële kosten met een maximum van € 3.474 per jaar per huisarts. Ook hier geldt een beperkte overgangsregeling: de tussenkomst in de kosten van telesecretariaat van 2011 kunnen in 2012 worden aangevraagd.
Cumul: De tegemoetkoming in de loonkost en de tegemoetkoming in de kosten van een telesecretariaat kunnen niet worden gecumuleerd in hoofde van één enkele huisarts of groepering voor dezelfde maand.
Aanvragen voor tussenkomsten in de loonkost voor personeel of in de kosten voor telesecretariaat, moeten jaarlijks ingediend worden op een aanvraagformulier waarvan het model wordt bepaald door het Participatiefonds en via erkende steunpunten.
Het ASGB is het steunpunt met de meeste dossiers en is marktleider! Het ASGB begeleidt u gratis bij de aanvraag.