Paramedisch in de nomenclatuur

ASGB-BERICHT 2018.114
Icoon thema staatsblad

 

In het BS van 25/10/2018 verscheen een KB i.v.m. diverse tekstaanpassingen van de nomenclatuur.

Ze gaat in voege op 1 december.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

3 OKTOBER 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 2, B, 17ter, B, 17quater, § 3, 22, II, b), 24, § 9, 25, § 1, en 32, § 3, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 35, § 2, eerste lid, 1°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 1997, bekrachtigd bij de wet van 12 december 1997;

Gelet op de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen;

Gelet op het voorstel van de Technische geneeskundige raad, gedaan tijdens zijn vergadering van 3 oktober 2017;

Gelet op het advies van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 3 oktober 2017;

Gelet op de beslissing van de Nationale commissie Artsen-ziekenfondsen van 20 november 2017;

Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole, gegeven op 29 november 2017;

Gelet op de beslissing van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering van 4 december 2017;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 maart 2018;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 16 april 2018;

Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 31 mei 2018 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. In artikel 2, B, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 februari 2013 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 januari 2017, in het eerste lid van de toepassingsregels die volgen op de verstrekking 102233 worden de woorden "geriatrisch verpleegkundige en/of de geriatrisch-paramedische" vervangen door de woorden "multidisciplinaire geriatrische".

Art. 2. In artikel 17ter, B, van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 oktober 2011, in het eerste lid worden de woorden "persoonlijk deelnemen aan de uitvoering ervan, zonder ze te delegeren aan paramedische medewerkers" vervangen door de woorden "de uitvoering ervan niet aan anderen opdragen".

Art. 3. In artikel 17quater, § 3, van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 september 2013, in het eerste lid woorden de woorden "persoonlijk de verstrekking uitvoeren, zonder ze te delegeren aan paramedische medewerkers" vervangen door de woorden "de uitvoering ervan niet aan anderen opdragen".

Art. 4. In artikel 22, II, b), van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

1° in de verstrekking 558810-558821,

a) wordt de omschrijving als volgt vervangen :

"Revalidatiezitting met een minimumduur van 60 minuten";

b) worden de volgende toepassingsregels ingevoegd :

"Elke zitting omvat zowel :

1) minstens twee professionele zorgverleners, waaronder een kinesitherapeut of een ergotherapeut en een andere paramedicus, die aan de behandeling deelnemen;

2) de toepassing van minstens twee van de technieken waaronder revalidatie door beweging, psychomotore therapie, elektrostimulatie bij motorische uitval of antalgische elektrotherapie, mechanotherapie, oefeningen met externe prothesen, orthesen of complexe technische hulpmiddelen, hydrotherapie in zwembad.";

2° in de verstrekking 558014-558025,

a) wordt de omschrijving als volgt vervangen :

"Revalidatiezitting met een minimumduur van 90 minuten";

b) worden de volgende toepassingsregels ingevoegd :

"Elke zitting omvat zowel :

1) minstens twee professionele zorgverleners, waaronder een kinesitherapeut of een ergotherapeut en een andere paramedicus, die aan de behandeling deelnemen;

2) de toepassing van minstens twee van de technieken waaronder revalidatie door beweging, psychomotore therapie, elektrostimulatie bij motorische uitval of antalgische elektrotherapie, mechanotherapie, oefeningen met externe prothesen, orthesen of complexe technische hulpmiddelen, hydrotherapie in zwembad.";

3° in de verstrekking 588832-588843,

a) wordt de omschrijving als volgt vervangen :

"Revalidatiezitting met een minimumduur van 120 minuten";

b) worden de volgende toepassingsregels ingevoegd :

"Elke zitting omvat zowel :

1) minstens twee professionele zorgverleners, waaronder een kinesitherapeut of een ergotherapeut en een andere paramedicus, die aan de behandeling deelnemen;

2) de toepassing van minstens twee van de technieken waaronder revalidatie door beweging, psychomotore therapie, elektrostimulatie bij motorische uitval of antalgische elektrotherapie, mechanotherapie, oefeningen met externe prothesen, orthesen of complexe technische hulpmiddelen, hydrotherapie in zwembad.".

Art. 5. In artikel 24, § 9, van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2009, in het punt 2 worden de woorden "door paramedisch personeel" opgeheven.

Art. 6. In artikel 25, § 1, van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 2016, in het eerste lid van de toepassingsregels die volgen op de verstrekking 599362 worden de woorden "door verpleegkundigen, klinisch psychologen en paramedici" vervangen door de woorden "van de equipe".

Art. 7. In artikel 32, § 3, van dezelfde bijlage, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 april 1999, worden de woorden "paramedische medewerkers" vervangen door de woorden "anderen".

Art. 8. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 9. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 oktober 2018.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

M. DE BLOCK

2024.063

Nieuwe regels voor tegemoetkoming in medisch materiaal inzake prostaatheelkunde

 

Op 6 mei 2024 is een ministerieel besluit gepubliceerd dat nieuwe voorwaarden en cumulregels introduceert voor de tegemoetkoming in medisch materiaal inzake prostaatheelkunde.

Deze nieuwe voorwaarden en regels treden in voege op 1 juni 2024.

U vindt de integrale tekst van het nieuwe MB in de pdf als bijlage. 

2024.062

Hogere vergoeding (vanaf 1 juni 2024) voor bezoek in WZC door bepaalde arts-specialisten

 

Na de huisartsen (zie https://asgb.be/node/28817) zullen ook bepaalde artsen-specialisten die een bezoek in een WZC doen, recht krijgen op een hogere vergoeding vanaf 1 juni 2024.

Daartoe zijn er drie KB’s gepubliceerd op 29 april 2024, waarvan één i.v.m. het remgeld (dat gelijk blijft t.o.v. vroeger). Het gaat hier om de uitvoering van een maatregel uit het vorige akkoord.

2024.061

Welke handelingen mag een verpleegkundig specialist doen (vanaf 2025)?

 

Op 25 april 2024 werd het KB gepubliceerd dat de erkenningscriteria voor het beroep van verpleegkundig specialist vastlegt (vanaf 1 januari 2025).

Een dag later, 26 april 2024, stond vervolgens al het KB in het Staatsblad dat bepaalt welke handelingen diezelfde verpleegkundig specialist zal kunnen uitvoeren (vanaf 1 januari 2025) 

Het gaat hier om de bijkomende klinische activiteiten en medische handelingen die men mag uitoefenen in uitvoering van zijn erkenning als verpleegkundig specialist.