Kent u de jongeren en vrouwen van ASGB al?
Vorige week werd er een klein bommetje gegooid in het kamp van de artsensyndicaten, toen een topman van het Riziv ons (en de anderen) verweet niet representatief te zijn, omdat er alleen maar (oude) blanke mannen aan de (bestuurs)knoppen zouden mogen zitten.
Ook wij zijn vanuit ASGB al snel in de Twitter- en andere pennen gekropen, toegegeven licht gekrenkt in onze eer. We doen immers niet anders dan proberen om jonge (vrouwelijke) artsen te mobiliseren voor het syndicaal werk en het innemen van functies in raden en commissies. Wanneer het antwoord op zo’n vraag nee is, heeft dat doorgaans niks te maken met een gebrek aan interesse, integendeel zelfs, het gaat er gewoon om dat men vreest een en ander niet te kunnen combineren met zijn/haar ‘medisch werk’. Het is dáár, en nergens anders, dat het probleem zit, en dat heeft dus niets met wel/niet ‘divers’ willen zijn te maken.
Nu het stof van het bommetje wat is weggetrokken, zien we bij ASGB zelfs het positieve in van de schok die het meebracht. Zijn wij immers niet het syndicaat
- dat met Frieda Matthys (psychiater) al even over een vrouwelijke steunpilaar in het bestuur beschikt?
- dat met Ann Colson (nefroloog) en Tine Depovere (huisarts) nog twee jonge, vrouwelijke artsen aan het bestuur heeft toegevoegd?
- dat met Thomas Gevaert (anatoom patholoog) zijn jongste voorzitter ooit heeft?
- en dat in de persoon van Sébastien Vermeulen (huisarts) de jongste vertegenwoordiger ooit in de TGR (Technisch Geneeskundige Raad) heeft?
Bij deze dus dank aan Mr. Van Damme om onze filosofie een bijkomend zetje in de rug te geven. ASGB geeft u als jonge arts immers een echte kans om mee uw stempel te drukken op het gezondheidsoverleg. We hebben zelfs niet liever, en geloof ons, dit overleg loont, we moeten alleen zorgen dat het blijft voortbestaan!
U kunt als jongere trouwens blijven rekenen en terugvallen op de expertise en raad van ex-voorzitters als Robert Rutsaert en Milan Roex.