Dr. Gevaert in Artsenkrant over de nakende verkiezingen
Artsenkrant organiseert met het oog op de artsenverkiezingen wekelijks een ‘duo-debat’ waarin zij een van de andere stakeholders uit de gezondheidszorg een aantal stellingen laat lanceren, waarop de syndicaten dan moeten reageren. Vandaag is zo ook Dr. Thomas Gevaert, onze voorzitter specialisten, aan het woord gekomen, in antwoord op de Onafhankelijke ziekenfondsen.
In de volgende link vindt u het standpunt van beide personen:
https://www.artsenkrant.com/magazine/artsenverkiezingen-het-debat/article-normal-66827.html
Hierna vindt u eveneens de tekst van Dr. Gevaert terug:
Eind 2020 maakte ik in een opiniestuk op artsenkrant.com al een gelijkaardige analyse met een pleidooi om ons te herbronnen en heruit te vinden, te verjongen en vervrouwelijken.
Enkele verzachtende factoren: een systeem met stemrecht in plaats van stemplicht kan per definitie met een lage opkomst gepaard gaan. De verkiezingen in 2018 waren verder ook een technische kakofonie waardoor de eerste stemronde de mist in ging. Hoe krijgen we meer artsen zover om hun stem uit te brengen, is de kernvraag. Het is te weinig geweten hoeveel inbreng we aan de onderhandelingstafels hebben op onze nomenclatuur en financiering, sociale randvoorwaarden, tal van organisatorische zaken en tig hervormingen zoals de hervorming van nomenclatuur en ziekenhuisfinanciering of de New Deal. We klagen graag dat 'ze' alles voor ons beslissen, maar 'ze' is nu nog steeds voor een deel 'we' al kan het versneld enkel 'ze' worden als we ons niet beter organiseren en niet en masse gaan stemmen. Als boutade zeg ik vaak intern dat ik liever heb dat 90% een stem uitbrengt dan zelf de verkiezingen te winnen.
Zelf trad ik medio 2021 toe tot de Medicomut en inderdaad, er is nog steeds weinig verjonging en diversificatie doorgevoerd. Het is echter een tweesnijdend zwaard: de ervaren artsen zijn van onschatbare waarde en moeten vaak de vergadergaten vullen. De online vergaderingen zijn drempelverlagend geweest en striktere agendazetting, schriftelijke raadplegingen en meer ad hoc samenstellingen kunnen de toegankelijkheid voor jongere collega's bevorderen.
Intern hebben we bij het ASGB al veel verjongd en vervrouwelijkt, maar het kan en moet meer. Zelf ga ik bewust maar één termijn van vijf jaar zetelen: om plaats te maken voor anderen, maar ook om meer tijd voor klinisch werk, familie, vrienden en hobby's te hebben. Het is trouwens opvallend dat sommigen die het meest over vernieuwing praten zelf het langst in bestuurscenakels zetelen.
Tot slot is het wel wat ironisch om net van een voorzitter van een ziekenfonds te moeten lezen dat artsen te weinig representatief vertegenwoordigd zijn. In tegenstelling tot ziekenfondsen zetelen wij op basis van democratische verkiezingen in de overheidsorganen, niet op basis van een gebetonneerde verzuiling.
Reactie toevoegen