Toepassingsgebied voor starterspremie in Brussel wordt beperkt

2022.033

Op 17 februari 2022 jl. is een besluit in het Staatsblad gepubliceerd dat de toekenningsvoorwaarden voor de starterspremie in Brussel volledig hertekent.

Pro memorie, in Vlaanderen werd de starterspremie (Impulseo I) reeds op 1 juli 2020 afgeschaft. De mogelijkheid om renteloos te lenen bestaat er wel nog en het bedrag daarvan werd op diezelfde datum zelfs verhoogd  tot € 35.000.

Terug naar Brussel dan. Daar heeft het systeem van de reteloze lening nooit bestaan, maar kon een starter - in geval van een installatie in één van de 19 gemeenten van het Brussels gewest binnen de 5 jaar na het verkrijgen van zijn erkenning als huisarts – tot voor kort wel nog een premie van € 15.000 bekomen. Wanneer hij/zich vestigde in een een zone met een huisartsentekort, was zelfs nog een supplementaire premie van nog eens € 15.000 mogelijk.

Door het nieuwe besluit dat op 27 februari 2022 in werking treedt wordt dit systeem (van de dubbele premie) echter afgeschaft en vervangen door een nieuw systeem dat vooral (uitsluitend?) op (bepaalde?) multidisciplinaire praktijken lijkt te mikken.

Onder een multidisciplinaire praktijk verstaat het besluit een praktijk die beschikt over minstens vier beroepsbeoefenaars waarvan minstens twee erkende huisartsen waaronder één jonge huisarts (die niet langer dan vijf jaar erkend is). Maar die praktijk moet naast nog een hele reeks voorwaarden ... ook de vorm aannemen van een privaatrechtelijke rechtspersoon zonder winstgevend doel, een VZW dus. Het spreekt voor zich dat dit laatste vaak roet in het eten kan gooien.

En het wordt het nog straffer, want ‘jonge artsen’ (die niet langer dan vijf jaar erkend zijn) kunnen in theorie ook wel aanspraak maken op een premie, aldus het besluit, ... maar dan moet die jonge arts zich ook organiseren in zo’n privaatrechtelijke rechtspersoon zonder winstgevend doel. Bovendien bepaalt het besluit letterlijk dat er voorrang gegeven wordt aan de multidisciplinaire structuren en dat er maximaal 10 premies per jaar naar ‘jonge artsen’ kunnen gaan. De facto zullen deze laatsten dus amper kans maken om de premie effectief te bekomen. Het Kartel heeft dit alvast aan de kaak gesteld en een onderhoud met de Brusselse overheid gevraagd.

Als bijlage bij dit bericht kunt u de integrale tekst van het nieuwe Brussels besluit vinden.

 

 

 

 

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
CAPTCHA
8 + 11 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.
2024.161

Politieke impasse over RIZIV-budget 2025, wat nu met akkoord 24-25?

 

Op 4 november 2024 is het Kartel (ASGB/GBO/MODES) de opzegprocedure van het akkoord 2024-2025 gestart. Waarom? Omdat de toekomst van het overlegmodel op het spel stond (en staat) door politiek getouwtrek, zie ook https://asgb.be/node/28921.

2024.164

Opiniestuk Dr. Brepoels: "Inefficiënties in ziekenhuizen zijn wél ons probleem"

 

De voorzitter specialisten van ASGB, Dr. Lieselot Brepoels, werd door De Specialist aan de tand gevoeld over uitspraken die gedaan zijn tijdens een debat georganiseerd door BVAS. 

Daar was namelijk te horen dat de inefficiënties van ziekenhuizen niet het probleem van de artsen zijn. 

"Hoewel ik begrijp waar de boodschap vandaan komt, vind ik dit een zeer problematische zienswijze. De ziekenhuisorganisatie en zijn (in)efficiënties is wel degelijk óók ons probleem, als artsen.", aldus Dr. Brepoels.

2024.163

Bericht aan de medische raden: enquête honorariumsupplementen en afdrachten

 

Wij ontvingen vragen over deze enquête (zie brief in de pdf als bijlage bij dit bericht) en of we al dan niet aanraden om deze in te vullen.

Het antwoord is simpel: het is een bonafide enquête, vertrekkende vanuit de NCPAZ na goedkeuring vanuit de artsensyndicaten, en met als doel een correct beeld te krijgen op de supplementen in de ziekenhuizen.

We kunnen niet pleiten dat supplementen essentieel zijn voor het voortbestaan en de investeringen in de ziekenhuizen, als we niet kunnen aantonen over welke bedragen het gaat. We zullen dit dus moeten illustreren.